Jan houdt van uitdagingen, zowel op de fiets als te voet. Het zat er al op jonge leeftijd in. Als hij als peutertje er omstreeks bedtijd niet toe te bewegen was aanstalten te maken om naar zijn slaapkamer te gaan hoefde Anky maar te zeggen: “Ik denk dat ik het eerst boven ben”, of hij stoof de trap op. Hoewel hij de truc best doorzag kon hij er geen weerstand aan bieden. Wedstrijdjes, uitdagingen werkten altijd.
Zo kwam hij er in 2012 toe een paar maanden verlof op te nemen om een fietstocht door Europa te maken. Nora volgde dat jaar een opleiding aan INSEAD in Singapore en Fontainebleau. Het relaas van zijn fietstocht is nog steeds hier ⇐ te lezen.
Ook is hij inmiddels een gepassioneerd hardloper die zelfs 4 marathons heeft voltooid, waaronder één binnen drie uur.
In oktober kwam Jan met een nieuw project op de proppen. Hij had het plan opgevat de helft van het Pieterpad in 6 dagen hardlopend af te leggen. Ik kreeg daarbij de vraag voorgelegd of ik er iets voor voelde hem op de fiets bij te staan bij deze onderneming. Na mijn geslaagde wadlooptocht naar Ameland begin september had ik daar wel vertrouwen in. Bovendien ligt fietsen mij wel.
En zo sloot ik mij aan het begin van zijn tweede etappe bij Jan aan. Jornt had hem vergezeld op de eerste etappe van Pieterburen naar Groningen.
Bovenstaand filmpje van Jornt laat zien dat Jan er op de eerste kilometers al flink de pas in heeft.
Aangezien Jan elke dag 2 wandeletappes aaneenreeg betekende dat in de praktijk elke dag de afstand van een marathon.
Bij ons vertrek vanaf Nienke haar woning brak meteen al de zon door en waren de eerste uren geen regenbuien te verwachten. Jan had de “eur(opa)fiets” rijklaar voor mij gemaakt en de waterdichte fietstassen volgestouwd met alles wat we onderweg nodig zouden hebben. Een paar oefenrondjes voor huis en we konden, uitgezwaaid door Nienke, Jornt en de kleinkinderen, vertrekken.
Voor het geval men na het bekijken van bovenstaand filmpje denkt dat ik meteen al de weg kwijt was: de route die Jan hier nam was voor mijn fiets geblokkeerd.
Op weg naar het Noorderplantsoen, waar we de aansluiting op het Pieterpad zouden hebben, stuitten we nog op een kleine wegomlegging voor fietsers. Voor mij was dit in zoverre leuk dat het mij langs het woonadres uit mijn studiejaren voerde en de straat waar Anky en ik tot 1977 gewoond hebben.
Aangekomen op de Pieterpadroute wees Jan mij op de rood-witte markeringen die op punten langs de route zijn aangebracht en hoe door de vorm ervan richtingsveranderingen worden aangegeven. Ik merkte spoedig dat Jan al aardig getraind was in het opmerken van deze markeringen, aangebracht op bomen, paaltjes of andere vaste objecten langs de route.
Door de binnenstad kwamen wij langs het Groninger Museum en het station en uiteindelijk via het honk van roeivereniging GYAS op het pad langs het Noord-Willemskanaal. Weldra werd de omgeving landelijker en nam ik de gelegenheid te baat een eindje vooruit te fietsen om de volgende opname te maken.
Nadat ik Jan weer had ingehaald gingen we onder de A28 door richting Haren. Het traject in Haren voerde ondermeer langs het landgoed de Vijverberg waarop zich de instelling Het Behouden Huys bevindt, gespecialiseerd in de psychologische en therapeutische begeleiding van kankerpatiënten. Anky had daar gedurende de periode van haar ziekte regelmatig afspraken. Ondertussen wandelde ik dan over het landgoed en zag er regelmatig wandelaars passeren die aan hun rugzak te zien kennelijk ook het Pieterpad liepen. Het pad werd wat verderop minder geplaveid dan het eerste deel van de route, maar was ook met de fiets nog redelijk begaanbaar.
Ik was inmiddels redelijk gewend geraakt aan het rijden op de zwaarbeladen fiets. In Glimmen moest ik af en toe wel wat handig manoeuvreren om diepere plassen te ontwijken, maar dat ging me redelijk goed af. Op een gegeven moment kon Jan een trap beklimmen om aan de andere kant van een geluidswal te komen, maar moest ik de weg blijven volgen om op dezelfde plek te komen. Daar aangekomen bleek Jan in geen velden of wegen meer te bekennen. Geen nood, de weg kwam uit op een brug over de spoorbaan. Nadat ik daarover was gereden kwam ik op een tweesprong. Rechtsaf stond een bord met de aanduiding “doodlopende weg”. Hoewel mijn richtingsgevoel me ingaf dat ik die weg moest kiezen besloot ik toch maar de andere kant uit te gaan nadat ik me ervan overtuigd had dat er geen enkele Pieterpadaanduiding te vinden was. Het bleek de verkeerde keuze, want toen ik na enige honderden meters nog geen enkele maal het rood-witte logo langs de weg en evenmin het silhouet van Jan in het vizier kreeg besloot ik op mijn schreden terug te keren. En warempel, terug bij de tweesprong kwam de Pieterpad aanduiding toch in beeld, maar Jan niet.
Ik bleef deze weg volgen maar zoals het verkeersbord al had doen vermoeden kwam er vrij spoedig een eind aan het verharde gedeelte. Het Pieterpad liep verder langs een onverhard paadje waarover ik op de fiets zonder al te diep te gaan nog wel vooruit kon komen. Na korte tijd bereikte ik opnieuw een tweesprong waarbij wel duidelijk aangegeven stond dat ik rechtsaf moest. Net om de bocht zag ik een flinke niet te omzeilen plas maar als ik me flink schrap zette leek mij die barrière wel te slechten. Dat bleek schromelijke zelfoverschatting. Onder het wateroppervlak bevond zich een zuigende modderlaag waarin de fiets onmiddellijk tot stilstand kwam en ik bijgevolg met rijwiel en al kapseizend in de plas terechtkwam. Zo ging ik alsnog tot de bodem… Onder het uiten van onwelvoeglijke taal slaagde ik er met moeite in de fiets weer uit de plas te trekken en deze ernaast te parkeren. Wel was de stuurtas met daarin belangrijke attributen als de routebeschrijving en mijn boterhammen in het water achtergebleven. Op dat moment kwam Jan als een geschenk uit de hemel weer bij mij terug. Hij was even verderop tot de conclusie gekomen dat de route daar absoluut onbegaanbaar voor fietsers was en kon nu met eigen ogen constateren dat ik dat al eerder op het traject had ondervonden. Hij viste vervolgens het kletsnatte Pieterpadboekje uit het water, ik vond mijn in een plastic zakje verpakte lunch terug en Jan vervolgens zijn waterdicht verpakte mobiele telefoon, portemonnee en bankpas. Alleen de steeksleutel om de zadelhoogte te verstellen was onvindbaar en had ter hoogte van de Appelbergen zijn zeemansgraf gevonden. Maar die zou ik toch niet nodig hebben; voor mij was het zadel goed afgesteld.
Wij kwamen beide tot de slotsom dat de communicatie over de te volgen route beter had gemoeten. Ik at mijn drooggebleven boterhammen op en in goed overleg besloten wij dat ik terug zou fietsen om via verharde wegen naar Zuidlaren te rijden. Jan bleef het Pieterpad volgen en zou zich in Zuidlaren weer bij me aansluiten.
Wat een mooi levendig verhaal en wat een uitdaging voor Jan en voor jou!
Ik ben benieuwd naar het vervolg!
Ik kan je nu al verklappen dat het avontuur, afgezien van wat kleine ongemakken, goed afloopt Esther!
Met veel plezier dit spannende verhaal gelezen! Je zou al deze verhalen moeten bundelen tot een boek Cor, het leest als een tielelier!!!! De omgeving van Haren herinner ik mij ook goed, toen Karel was opgenomen daar! Rustgevend! Ook herinner ik mij dat Jan al lopend van jullie huis Chris heeft
bezocht! Zonder de lift te gebruiken, een leuk gesprek, glas water en om niet al teveel af te koelen, zijn pad weer te vervolgen! Knap van Jan, hij heeft een goede conditie, zonder meer!! Wij kijken uit naar je vervolg Cor, en hopen op goed weer!!! Groeten Auk en Karel
Dank voor je reactie Aukje! Je moet nog een paar dagen geduld hebben voor het vervolg. Ik vier eerst nog Sinterklaas met kinderen, aanhang en kleinkinderen. De oude man wordt vergeetachtig en was ons vergeten de bezoeken. Hij heeft beloofd het morgen alsnog goed te maken.
Dat is in één woord Geweldig, Jan en Cor! En dat slaat zowel op de onderneming als op de verslaglegging. Er komen (wat jou betreft) onvermoede eigenschappen boven. Zijn dat nu de mysterieuze krachten in de sport?
Hoezo onvermoede eigenschappen Wil? Doel je op de onderneming of de verslaglegging? In elk geval dank ik je voor het compliment! Het is ook mooi te vernemen dat ik kennelijk meer in mijn mars heb dan de buitenwereld vermoedde.
Wat een prachtig verhaal Cor! Leuk dat je dit samen met je zoon doet! Je schrijft echt heel animerend; informatief en grappig en ook onderhoudend. Groet,Anneke
Dank je Anneke, maar er niets verzonnen hoor!