Afscheid van Serengeti

Na de emmerdouche ga ik naar de gemeenschappelijke ruimte om, net als op de andere dagen, nog wat beelden naar het thuisfront te sturen. Zo geef ik steeds een eerste indruk van de belevenissen van de voorbije dag. Wim kopieert ondertussen veiligheidshalve de inhoud van de volle geheugenkaartjes van zijn foto- en filmapparatuur naar de meegenomen externe harde schijf. Tegelijkertijd plaatst hij nieuwe kaartjes in de camera’s. Back-ups van al die beelden zijn voor zijn gemoedsrust cruciaal. Bij terugkeer zal hij foto’s selecteren voor een fotoalbum van onze reis. Evenzo gebruikt hij de video-opnames voor de samenstelling van een filmverslag.

Beide documenten zijn nu ik de laatste hand aan mijn reisverslag leg inmiddels verschenen. Waaruit maar weer blijkt dat hardlopers doodlopers zijn.

Wellicht ben ik onderweg wat lezers kwijt geraakt vanwege de hier en daar gedetailleerde beschrijving van onze belevenissen. Ik heb daarin geprobeerd ook iets van onze emoties op verschillende momenten tijdens de safari’s te verwoorden. Foto’s en filmfragmenten leggen die niet vast, maar krijgen, aangevuld met mijn ongetwijfeld subjectieve beschrijving van diverse gebeurtenissen, meer betekenis. Volgers met minder geduld (en tijd) beperken hun inspanning misschien tot het scannen van de plaatjes. Voor het bekijken van de videofragmenten moet al wat meer moeite worden gedaan. Gecombineerd met het van dag tot dag verslag komt, naar ik hoop, de beleving van zo’n safari het dichtste bij.

Terwijl ik nog wat in de weer ben met mijn I-phone verschijnt Ian. We krijgen het over Nederland en ik laat hem wat foto’s van Terschelling zien. Zo krijgt hij ook een indruk van de plek waar ik vandaan kom.

Van één van de andere gidsen hoorde ik dat hijzelf nog nooit buiten Tanzania is geweest. Later, als hij naast mij zit tijdens de maaltijd, vertelt Ian mij dat hij elk jaar met een vrouwelijke collega naar de Verenigde Staten gaat. Ze bezoeken er natuurgebieden en doen aan klantenwerving voor rondleidingen in Tanzania. Het verklaart ook het enthousiasme waarmee hij tijdens de safari’s fotografeert. Goed gelukte foto’s plaatst hij op het internet om reislustige Amerikanen voor een safari in Tanzania te interesseren. Zo gaat hij de komende weken al weer op pad met een gezelschap uit de VS dat bij hem een rondreis door Tanzania heeft geboekt.

Ook Nederland wil hij nog wel eens bezoeken. En dan vooral een wedstrijd van Ajax bijwonen. Voetbal is in Tanzania ook de populairste sport en Ian kijkt er graag naar. Mocht een reis naar ons land ervan komen dan wil ik mijn best doen om met hem naar een wedstrijd van Ajax te gaan.

Nog voor het diner, nadat Wim en Puck zich ook bij ons hebben gevoegd, introduceert Ian ons bij Sammy, de gids die ons de volgende ochtend op de laatste safari zal begeleiden. Puck herkent hem meteen en hij ons ook van onze eerste dag in Camp Moru. Hij was de gids van het echtpaar uit Toronto dat bij ons aan tafel zat. Bij mij is de herinnering aan hem wat verder weggezakt, maar na een tijdje komt die toch weer bovendrijven.

Sammy vertelt dat hij met het echtpaar noordwaarts is gereden naar de rivier de Mara, waar ook migratie door de rivier is te zien. Deze bleek echter nagenoeg drooggevallen zodat alle dieren veilig de overkant konden bereiken.

De slotsafari

Sammy, een Masai met een rijzige gestalte, ontpopt zich als een gids met een heel andere benadering dan onze vorige gidsen. Als we de volgende ochtend het vertrouwde gebied voor de brug over de Grumeti bereiken wijst hij ons op het gedrag van de leider van een harem Impala’s. Deze is in een stevige concurrentiestrijd gewikkeld met een ander Impala mannetje. Met hun harems als publiek (“All the ladies are watching”) achtervolgt het sterkste mannetje de Impala die uiteindelijk eieren voor zijn geld kiest. “Als deze ver genoeg is weggejaagd”, legt Sammy uit, “dan trekken de dames uit de harem van het verliezende mannetje de conclusie dat ze zich maar beter bij de overwinnaar kunnen aansluiten”. Zoals Wim het treffend formuleert: Sammy levert bij zijn uitleg en passant een powerpoint presentatie….

“All the ladies are watching”
The winner takes it all

Bij de Thomsongazelle gaat de strijd om de hegemonie, zo leert Sammy ons, net even anders. De leider van een harem Tommy’s wordt keer op keer door telkens andere solitaire mannetjes uitgedaagd. Dit leidt er toe dat deze daardoor zo vermoeid raakt dat hij meestal hooguit een week zijn harem houdt en daarna wordt verstoten. Het verschaft ons meer inzicht in het verschil in groepsdynamiek tussen Impala’s en Thomsongazelles. Bij de Impala’s is eerder sprake van overspelige vrouwen, bij Tommy’s verovering van een hele groep vrouwtjes door mannetjes.

Nog voordat we de rivierbrug bereiken zet Sammy de auto opnieuw stil om bij een kudde grazende olifanten ons te leren hoe je de (nog onvolwassen) mannetjesolifanten in zo’n groep kunt herkennen. Onvolwassen, omdat een kudde olifanten hoofdzakelijk bestaat uit vrouwtjes en hun nakomelingen. Geslachtsrijpe mannetjes moeten zo’n groep verlaten en op zoek gaan naar andere kuddes met vrouwtjes die, als de tijd rijp is, bereid zijn te paren. Van Sammy’s les heb ik helaas alleen onthouden dat het herkennen van de mannetjes iets te maken had met een afwijkende bouw rond de schouders.

Aan de overzijde van de rivier is op dit vroege ochtenduur al een flinke activiteit van diverse vogels zichtbaar en hoorbaar. In één beeld filmt Wim een paartje Rüppells Witkruinklauwier (Northern White Crowned Shrike) en een Grijze Tok (African Grey Hornbill). We zien de Grijze Tok wegvliegen van een struikje om een tel later met een insect in de snavel op dezelfde plek terug te keren. Grauwe Vliegenvangers, bij ons zomergasten, vertonen een soortgelijk gedrag.

Twee klauwieren en een Tok

Behalve de Grijze Tok vertonen zich nog twee andere Neushoornvogels. Eén Von der Decken’s Hornbill zit op het pad, een andere in het struweel.

Ook wordt mijn aandacht getrokken door een vogel met een felrood gekleurde borst die een welluidende melodieuze roep produceert. Hij zit helaas enigszins verscholen tussen de bladeren in één van een wat verderaf gelegen groepje bomen. Wim lukt het dan ook niet deze Zwartkopfiskaal (Black-headed Gonolek) fatsoenlijk op de foto te zetten.

Net als de vorige dag, kruisen ook vandaag weer twee Grijze Kroonkraanvogels ons pad. En ze zijn nog steeds net zo mooi. Misschien zijn het trouwens wel dezelfde.

Opnieuw Grijze Kroonkranen
Op de voorgrond een Lelkievit, op de achtergrond onder meer Smidsplevieren

In de begroeiing langs het pad ontdekken we een Thomsongazelle. Is het een loser?

Loser?

Even verderop ligt, eveneens verscholen in het gras, een Hyena te dutten. Pas als het dier zijn kop omhoog steekt begrijp ik wat de voorkant is. Sammy licht toe dat de vrouwtjes groter zijn dan de mannetjes en ook binnen de groep dominant.

Duttende Hyena

We bevinden ons in het gebied vlakbij de Grumeti Game Reserve. Sammy wijst ons op de onopvallende witte grenspaaltjes die het Serengeti National Park afbakenen. We houden ons een beetje van de domme dat we daarvan afweten door te zwijgen over de confrontatie van Ian met de parkwachten twee dagen eerder. We hadden de indruk dat Ian liever geen ruchtbaarheid aan dat incident wilde geven en hebben het daarom verder ook met niemand gedeeld. Maar dan vraagt Sammy: “Is this the place where Ian had problems with the Grumeti Game Reserve Guards?” “You heard about it?” is Pucks wedervraag. Waarop Sammy vertelt dat hij het verhaal de vorige dag van Lynn en Steve hoorde….Tja….

Vanaf de plek waar we gaan ontbijten hebben we uitzicht op een poel waarin enkele vogels foerageren. In onze buurt staat nog een terreinwagen met safari-toeristen die hetzelfde plan hebben opgevat.

In de verte nadert een groep zebra’s. Sammy vermoedt dat ze op weg zijn naar een drinkplaats. Hij legt uit dat zebra’s zich er eerst van overtuigen dat de kust veilig is en zeker niet onbezonnen naar de poel zullen rennen. Evenals de zebra’s die we met Rowan in de buurt van de Grumeti zagen zien ook deze zebra’s er vanaf hier onder onze ogen hun dorst te lessen. Al heeft een jonge zebra een andere optie….

Zo kan het ook
Jeuk?

Ook hier zien we vandaag weer migratie van Gnoes, al hebben ze in een vastberaden Lierantilope (Topi) een tegenligger die kennelijk meer perspectief in de tegenovergestelde richting ziet.

Spookloper?

Twee Struisvogels spoeden zich verderop naar een betere plek. Ook zij hebben vijanden. Als leeuwen de kans krijgen zullen ze verse Struisvogel op hun menu niet versmaden.

Twee statige dames

We passeren een imposante groep Impala’s. Worden de pubermannetjes volwassen dan zijn ze niet meer welkom in de groep. Eén voor één wordt hen door de haremleider de deur gewezen. Al kunnen grote groepen zich ook opsplitsen.

Impala’s
Impala’s

Onze laatste safaritocht loopt teneinde. Nog éénmaal zien we een voorbijtrekkend peloton Gnoes. Ik imiteer het geluid dat ze maken nog maar eens. Ondertussen zingt op de achtergrond een vogel. De zang associeer ik met die van een Leeuwerik. Ongetwijfeld een andere soort dan de bij ons voorkomende Veldleeuwerik, maar Sammy bevestigt mijn vermoeden.

Bye bye Wallabies!

Op weg naar Camp Musabi hebben we opnieuw een ontmoeting met een Kraanvogelechtpaar. Maar ook het geluk nog een Koritrap (Kori Bustard) en een Vorkstaartscharrelaar (Lilac Breasted Roller – LBR) in het vizier te krijgen. Hieronder hun portrettengalerij:

En alsof onze reisorganisatie het zo gearrangeerd heeft: vlak bij het kamp ontdekt Sammy, verscholen in een boom, een Luipaard. Ook deze is erg schuw. Desondanks slaagt Wim erin het dier zowel liggend op een tak als op het moment dat het op de vlucht gaat fraai op de foto te zetten.

Ik hou jullie in de gaten
Neem toch maar de benen..

En zo eindigt onze laatste safari in de Western Corridor net zoals in Central Serengeti met het “optreden” van een Luipaard.

De terugreis

Na de lunch rijdt Sammy ons linea recta naar de Grumeti Airstrip. Bij ons vertrek uit Camp Musabi worden we ook hier uitgezwaaid door het voltallige personeel en bedankt Wim hen namens ons allemaal hartelijk voor de perfecte verzorging de afgelopen dagen.

In afwachting van de komst van het vliegtuig dat ons naar de luchthaven Kilimanjaro zal brengen kijken we op de Grumeti Airstrip nog wat rond. Bij een gebouwtje ontdekken we nesten van Savannezwaluwen (Lesser Striped Swallows). Eén zwaluw verzamelt modder bij een plasje voor de bouw van een nest. Twee anderen inspecteren de omgeving vanaf één van de horens die hier als decoratie aan de muur van het gebouwtje zijn opgehangen.

Twee jonge Taborababbelaars (Black-lored Babblers) zitten op het gaas van een afrastering.

Jonge Black-lored (of Sharpe’s) Babblers

Op de grond zit een duo fraai gespikkelde spechtvogels: Usambiro Barbets.

Usambiro Barbets

Iets verderop zit nog een exemplaar en ook een Marmerwever (Grey-capped Social Weaver). De Engelse naam suggereert dat die in groepen leven.

Usambiro Barbet
Marmerwever

Ondertussen landt het vliegtuig dat ons straks zal meenemen.

Ons vliegtuig arriveert

Rond de gebouwtjes scharrelen ook muizen en onder het overhangend dak hebben zelfs vleermuizen een plekje gevonden. Een hagedis klimt langs een muur omhoog.

Wim en ik wachten in de schaduw onder een parasol tot Sammy ons ophaalt en naar het vliegtuigje brengt. Puck zet ons daarbij nog eens op de foto.

Wim en ik wachten tot we een teken krijgen om naar het vliegtuig te komen

We nemen afscheid van Sammy die maar kort onze gids was, maar ons desondanks veel leerde. Ook hem bedanken we uitgebreid.

De piloten begroeten ons. In het vliegtuig zijn de meeste plaatsen al bezet zodat wij ons op de stoelen van de achterste rij installeren. Het wordt geen non-stopvlucht naar Kilimanjaro. Bij de eerste tussenlanding op de Seronera Airstrip, het startpunt van ons verblijf in Serengeti, verlaten alle passagiers het vliegtuig. We krijgen de gelegenheid daar nog een uurtje de benen te strekken en kijken wat rond in de wachtruimte. Er hangt een mooie kaart van het gebied waarin de gidsen ons de afgelopen week hebben rondgereden.

Kaart van Serengeti in de “vertrekhal” op de Seronera Airstrip

Bij het gebouw fotografeert Wim nog een paar vogels. De Hildebrandts Glansspreeuw (Hildebrandt’s Starling) met zijn opvallende rode iris is ons nog niet eerder opgevallen. Ik determineer hem nu pas met behulp van mijn na terugkomst in Nederland aangeschafte veldgids “Birds of East Africa” (Terry Stevenson & John Fanshawe – Princeton 2002). De Taborababbelaar kwamen we kort na aankomst in de Serengeti al tegen.

Als we weer aan boord gaan blijkt Wims stoel in beslag genomen door een tamelijk corpulente dame die om die reden kennelijk nogal wat ruimte nodig heeft. Maar de zitplaatsen vlak achter de piloten zijn nu vrij en daar maken we dankbaar gebruik van. Alsof we in een skybox zitten. We zitten eerste rang! Ik film vanuit het vliegtuig de start.

Opstijgen vanaf de Seronera Airstrip

Voor we naar Kilimanjaro Airport kunnen vliegen maken we eerst een tweede tussenlanding bij een andere airstrip om nog een passagier op te pikken. Ik film ook de landing.

Tussenlanding

Dan verlaten we definitief het Serengeti National Park. Op weg naar Arusha wijst de co-piloot ons nog op de Ngorongoro, het natuurgebied in de krater van een oude vulkaan. Daar bevindt zich ook een kolonie Neushoorns, de enige leden van de “Big Five” die we niet met eigen ogen hebben kunnen aanschouwen. Vanaf deze hoogte zijn we ook kansloos het vijftal alsnog te completeren. Bij de “Ugly Five” is het ons overigens wel gelukt.

Ngorongoro vanuit de lucht

En dan landen we op Kilimanjaro Airport, waar we een paar uur later in het KLM-vliegtuig zullen stappen dat, met nog een tussenlanding in Dar-Es-Salaam, ons in de nachtelijke uren terugbrengt naar Nederland.

2 gedachten over “Afscheid van Serengeti

    1. Dank jullie Agnes en Antko! We hebben er zelf ook zo van genoten dat het een groot genoegen was om deze reis op meerdere manieren te documenteren. Wim via een film en een fotoalbum, ik op mijn blog waar het lezen over onze “avonturen” tot in lengte van dagen voor iedereen toegankelijk is.

Geef een reactie