Terugblik op de Oerolweek 2019

Zaterdag, 15 juni

Nauwelijks bijgekomen van mijn Tanzania-reis nemen Suze en ik de zaterdag volgend op mijn terugkeer de ochtendboot vanuit Harlingen naar Terschelling. Tijdens de overtocht striemt de regen, opgezweept door de harde wind, tegen de ramen.

Het Terschellinger vlaggetje op de voorplecht wapperend in de wind

Bij aankomst in Topaas is het nog niet droog, al zijn de weersvooruitzichten hoopgevend. In plaats van naar strandpaviljoen “De Branding” te lopen voor een lunch, zet Suze in no-time met meegebrachte etenswaar een minstens zo smakelijke lunch op tafel. Een glas wijn ontbreekt evenmin.

Zo starten we op

Nadat we het kwartiermaken hebben voltooid is het tijd om naar de Westerkeyn te fietsen. Omdat ik voorzie dat door de regen van die ochtend het festivalterrein niet overal even begaanbaar zal zijn heb ik mijn waterbestendige wandelschoenen maar aangetrokken. Dat blijkt geen overbodige luxe, maar de zon schijnt nu gelukkig wel.

Je krijgt alleen toegang tot het festivalterrein met een polsbandje, maar de controle laat kennelijk toch wat te wensen over. Als we, aangekomen op het festivalterrein, vragen waar we ons polsbandje kunnen afhalen, blijkt dat voor de ingang van de Westerkeyn te zijn. En dat terwijl Suze’s tas wel uitgebreid gecontroleerd is…..Opstartproblemen zullen we maar zeggen.

Na een korte verkenningstocht over het terrein, veel voelt vertrouwd aan, besluiten we een kaartje te kopen voor een korte voorstelling van de Antwerpenaar Geert Hautekiet. In afwachting hiervan blader ik nog de Oerolkrant van die dag door en maakt Suze ter plaatse wat foto’s .

Met een aanstekelijke Vlaamse tongval vertelt rasverteller Hautekiet het verhaal Palm! Het is een hilarisch vertelling over een zondagmorgenontbijt bij boer Mathias en zijn kroostrijke gezin👈. Ik proef oud-testamentische invloeden. De ontknoping suggereert dat we hier getuige zijn van de ontstaansgeschiedenis van Palmzondag.

In 2016 zag ik met Anky op Oerol achter Hessels cafe “De Groene Weide” in Hoorn de voorstelling XIX die Geert Hautekiet samen met de Twentse cabaretier André Manuel speelde. Ook Manuel 👈was deze week op Terschelling met optredens in “De Vijfpoort“, maar die zijn aan ons voorbijgegaan.

Dan lijkt het ons een goed idee naar Midsland te fietsen om alvast iets van het straattheater mee te pikken. In de hoofdstraat is het als vanouds een gezellige drukte waar de horeca zo te zien al volop van profiteert. Wij blijven staan bij Guillermo Leon, een jongleur die net zijn act voorbereidt. Het begint met een komisch onderdeel waarbij hij de complete inhoud van een pak spaghettistengels min of meer één voor één in zijn hipsterbaard steekt. Daaraan voorafgaand heeft hij echter al één stengel aan het publiek getoond met de opdracht goed te onthouden hoe deze eruit ziet. De clou van de act laat zich raden: na het, op één na, weer verwijderen van de stengels uit zijn baard blijft uitgerekend de stengel achter die precies voldoet aan het signalement van de vooraf geselecteerde.

Om zijn volgende acts onder de knie te krijgen heeft Leon ongetwijfeld langer moeten oefenen. Met standaardattributen als kegels, ballen en hoeden weet hij ons niettemin uitstekend te vermaken.

Hat-tricks

Hoogtepunt van het optreden is het onderdeel waarbij de uit het publiek gerecruteerde vrijwilliger Joep zonder training erin slaagt een hoog opgegooide bal in een hoed te vangen.

Joeps greatest claim to fame

Na afloop deponeer ik een paar muntstukken in een daarvoor bestemde hoed. Ook een straatartiest kan tenslotte van de lucht alleen niet leven.

Even verderop zien we een duo, omringd door publiek en begeleid door een muzikant, synchroon een verkleedpartij opvoeren. Uit een naast elk van hen op de grond liggende rij kledingstukken pakken ze telkens opnieuw een exemplaar, trekken dit aan, showen het een paar seconden, trekken het dan weer uit en herhalen dit proces zo’n half uur lang, zonder ook maar één woord te zeggen. Ik sta verbaasd dat ik, terwijl ikzelf een bloedhekel heb aan het passen van kleren, gefascineerd tot het eind blijf kijken naar de metamorfoses die het resultaat zijn van deze “modeshow”.

Het uitvoerend gezelschap noemt zich Zwermers. Hun optreden is naar eigen zeggen een ode aan de kleurrijke, veelzijdige mens met als motto: Wat zegt onze kleding over ons?

Na afloop vertelt de actrice dat dezelfde voorstelling, maar dan in een langere versie, in het najaar in Theaters Tilburg wordt uitgevoerd. Als je maar voldoende kledingstukken hebt kun je deze show natuurlijk net zo lang maken als je maar wilt….

Wij wandelen terug door de straat en blijven staan bij een groep jonge mensen die door hun fraaie meerstemmige zang onze aandacht trekken. De woordvoerder van de groep legt het doel van hun voorstelling “Messias gezocht” uit. Uit bezorgdheid over de toenemende ontkerkelijking zijn ze op zoek naar een nieuwe morele leider. Drie kandidaten uit het publiek worden geselecteerd in de hoop dat één van hen de nieuwe Messias is. Een bladerkrans ligt klaar om Hem of Haar te kronen. Begeleid door koorzang krijgen de drie vragen voorgelegd, waarop hun antwoord uitsluitsel moet geven of hij of zij de Gezochte is. Bij de derde, een vrouw, is het raak. Ook hier dringt de emancipatie kennelijk door. De presentatie komt bij mij nogal studentikoos over. Dat heb ik goed gezien, als na afloop blijkt dat de groep, die zich Guerrilska noemt, bestaat uit leden van het Studentenkoor Amsterdam.

Als Suze en ik enige tijd later onze fietsen weer opzoeken passeren we een aantal koorleden in euforische stemming terugkijkend op hun optreden. Daar word je ook blij van.

Zondag, 16 juni

In de voorverkoop hebben we voor deze dag twee voorstellingen geboekt, beide nabij West-Terschelling. De eerste begint om 12h30 en heeft Dellewal, een plek vlakbij de jachthaven, als plaats van handeling.

Wim, Puck en Maaike hebben ook kaarten voor “Alles moet weg” gereserveerd. Het is altijd leuk gezamenlijk een voorstelling bij te wonen, maar helaas moet Puck vanwege een beenblessure die haar mobiliteit aantast verstek laten gaan. Dus overhandigt Wim het overtollige toegangsbewijs maar aan de kaartcontrole. Wellicht kan men daar nog iemand anders blij maken met een gratis kaartje voor deze voorstelling.

De naam van het toneelgezelschap dat verantwoordelijk is voor “Alles moet weg” vind ik nogal mysterieus: mugmetdevuurvliegen / mugmetdegoudentand / House of Nouws. In wat voor toestand verkeerden de bedenkers van deze naam toen zij dit bedachten? Maar ja op Oerol kom je wel meer vreemde dingen tegen.

Het stuk is een schier eindeloze opsomming van een inventaris die moet worden opgeruimd. Alleen al het onthouden van de tekst bij deze voorstelling die zo’n 5 kwartier duurt dwingt bewondering af.

De echtelieden/verzamelaars vullen het opnoemen van de spullen die de deur uit moeten soms aan met herinneringen die een voorwerp oproept. Bij andere objecten uiten ze hun twijfel of die toch niet beter behouden kunnen worden. Je voelt aan de reacties in het publiek dat iedereen er wel wat in herkent, zo niet bij zichzelf dan wel bij een familielid, vriend of kennis. En dat geldt zeker ook voor ons.

In de toelichting bij het programma staat: “Alles moet weg” is een liefdesverhaal tussen mens en ding. Twee verzamelaars doen alles wat ze bezitten weg. En dat is nogal wat. Bezing met ons in deze muzikale voorstelling de onveranderlijke, onmogelijke, problematische verhouding tussen ons en onze spullen. Totdat er niets meer over is.

Aan het eind wacht ons nog een traktatie. Omdat het stuk op Oerol zijn première beleeft mag ieder een (Schylger) jutters-bitter achteroverslaan. Zelfs mijn keel, nog steeds niet vrij van hoestkriebels, lijkt er baat bij te hebben.

Onze tweede geplande voorstelling begint pas om negen uur ’s avonds. We besluiten de tussenliggende tijd op West-Terschelling te overbruggen. Dus eerst op naar de “Walvis” bij het Groene Strand om daar te lunchen. Het is er altijd druk en lastig een plekje te veroveren, maar we hebben geluk. Na het plaatsen van de bestelling heeft Suze om de wachttijd, in elk geval voor het gevoel, te bekorten de wijn vast meegekregen. Prompt wordt een van de glazen omgestoten waarbij de kostbare inhoud natuurlijk niet alleen op de tafel, maar gedeeltelijk ook over de kleding van één van onze buren wordt uitgestort. Oerolgangers hebben geen korte lontjes, dus welgemeende excuses en een doekje om de schade te beperken zijn afdoende om de lucht te klaren. Het vervolg van onze lunch verloopt zonder calamiteiten.

Weer buiten maakt Suze nog wat foto’s in de omgeving.

Daarna beklimmen we het Seinpaalduin om de daar opgebouwde installaties te bewonderen. Blikvanger is de Camera Batavia van Arjen Boerstra op het hoogste punt. Het is een bouwwerk dat via een trap gedurende de openingstijden gelijktijdig toegankelijk is voor een beperkt aantal personen. Je komt uit op een balustrade waarover je rond kunt lopen met in alle richtingen een prachtig uitzicht. Ga je naar de binnenruimte dan kun je daar, languit liggend op een kussen, naar een spiegelende bol in de nok kijken. In één blik zie je in die bol de complete omgeving weerspiegeld en ook alle bezoekers die zich op dat moment in de binnenruimte bevinden.

Foto’s hierboven: Camera Batavia met het uitzicht vanaf de balustrade in verschillende richtingen.

De omgeving weerspiegeld in de Camera Batavia
Filmend rondom

Onder de noemer Sense of Place worden op Oerol al vele jaren landschapsprojecten gerealiseerd. Kunstenaars ontwerpen installaties die je op een andere manier naar het omringende landschap laten kijken. De Camera Batavia is daar een aansprekend voorbeeld van, maar ook bijvoorbeeld een aantal expedities die ik vorig jaar 👈bezocht en beschreef. Tijdens de afdaling van het Seinpaalduin staan wij stil bij andere projecten die hier zijn gerealiseerd. Sommige wekken geluid op als je erbij komt, andere tonen je via ingenieuze constructies met spiegels of lenzen een ander perspectief van de omgeving.

En als we het toch hebben over “anders kijken naar het landschap”, Suze bewijst met haar foto’s keer op keer dat zij die kunst eveneens heel goed verstaat.

Op de achtergrond het symbool van mijn geboortegrond, ook vaak in mijn gedachten..

We gaan het dorp in op zoek naar straattheater. In de Torenstraat is een interactieve voorstelling aan de gang geïnspireerd op achtbanen. Ik vind het jammer dat deze nogal veel straatruimte in beslag neemt zodat er minder plek voor het publiek overblijft. Vooral voor de minder dan gemiddeld lange mensen is het dan lastig de loop van de gebeurtenissen te volgen.

Op het Brandarisplein doet dat bezwaar zich niet zo gelden. Trapeze-artiest Clara Cortéz en danser Martina Gunkel bereiden daar hun act voor. Dat wil zeggen: Cortéz markeert het speelveld terwijl Gunkel met een vrouw uit het publiek danst op een vergeten pareltje uit de popmuziek. Vooral dat nummer intrigeert me. I wonder👈 stamt uit 1970 en wordt gezongen door Sixto Rodriguez, een singer-songwriter die volgens één van de reacties op Youtube in Zuid-Afrika beroemder dan Elvis was.

I wonder…

De trapeze-act die erop volgt boeit minder, al maakt Suze er wel weer een mooie foto van.

Wij lopen terug door de Torenstraat en gaan Grand Café “het Raadhuis” binnen om daar te dineren. Gelukkig is het er nog niet zo druk. Dat heeft niets met de kwaliteit van het eten te maken (mijn zeebaars was in elk geval van uitstekende kwaliteit), maar eerder met het nog redelijk vroege tijdstip. Ook speelt rond deze tijd mogelijk het vertrek van de veerboot met de weekendgangers een rol.

Op weg naar de locatie van de tweede voorstelling hebben we nog tijd genoeg om een uurtje op het tweede festivalterrein “de Betonning” door te brengen. De Valvetronic Brass Band blaast daar iedereen van het podium. In schril contrast met het muzikale geweld vanaf het podium vaart een viermaster geruisloos de haven binnen.

Contrasten

Als één van de eersten bereiken we het Snijderspad waar een eindje verderop in het bos de opvoering van Fogo Corendo (Lopend Vuur) zal plaatsvinden. Terwijl we in het bos wachten tot de Oerol-vrijwilliger ons toestemming geeft door te lopen naar de tribune vind ik het frappant dat hij uitgerekend hier in de tussentijd een sigaret staat te roken. De voorstelling gaat namelijk over de rampzalige gevolgen van een bosbrand in Portugal in juni 2017.

Met de makers ontdekken we dat bosbranden bijna altijd worden aangestoken en dat hier vaak machtige partijen achter zitten. Frijling en Wever werken samen met gitarist André Cardoso, overlevende van de bosbrand, in een voorstelling die alle zintuigen op scherp zet. Het vuur komt steeds dichterbij. Dat horen, ruiken, zien en voelen we…

Vooraf aan de voorstelling worden we ook hier getrakteerd. In dit geval op alcoholvrije port. Aan het eind worden de branden met lichteffecten in de schemering van het bos fraai verbeeld.

Opvallend is de aanwezigheid van een grote groep jongeren op de tribune. We vermoeden dat het scholieren zijn en als we aan het eind van de voorstelling dat aan één van hen vragen blijkt het te kloppen. Ze zijn leerlingen van een scholengemeenschap in Wolvega die op excursie naar Oerol zijn. Nieuwsgierig naar wat hij van de voorstelling vond vertelt hij ons dat ook hij zich geen moment heeft verveeld. Dat geldt ongetwijfeld voor de meeste toeschouwers. Geen betere graadmeter dan een stel middelbare scholieren om te bepalen of een theaterstuk geslaagd is. De impact van de bosbranden op diverse betrokkenen is door Marjolein Frijling en Theo Martijn Wever op overtuigende wijze vertaald naar Fogo Corendo.


Maandag, 17 juni

Vandaag is onze blik naar het oosten gericht. De middagvoorstelling van “Aardappelbloed” begint pas om 14h30. Dat komt ons goed uit omdat de vorige dag behoorlijk gevuld was met het bezoek aan de hiervoor beschreven activiteiten. ’s Avonds zag Suze intrigerende foto’s van de expeditie “Silent Messengers” op het strand van Hoorn. Het lijkt ons daarom een goed idee na de koffie eerst bij die expeditie te kijken en daarna door te fietsen naar de biologische schapenboerderij “De Zeekraal“, de plek van de voorstelling.

Het idee voor “Silent Messengers” is ontsproten aan de observatie dat bij veel ganzen de laatste decennia gedragsverandering is waar te nemen. Van trekganzen veranderen ze in standganzen. Een installatie van een 50tal vliegers brengt dit verschijnsel beeldend onder onze aandacht.

Trekvogels of standvogels?

Voor uitgebreid lunchen ontbreekt de tijd. Bij een snackwagen aan het begin van de badweg ravitailleren we daarom met een broodje kroket om ons daarna naar Oosterend te spoeden. Daar komen we dan wel weer ruim op tijd bij “de Zeekraal” aan.

Aardappelbloed” is in essentie een documentaire waarin Emma Lesuis op zoek gaat naar haar Surinaamse wortels. Lezers die geïnteresseerd zijn in het verhaal kunnen hier👈meer lezen.

Hoewel ik de documentaire interessant vond moet ik vol schaamte bekennen dat ik door de hitte bevangen me opeens realiseerde een stukje te hebben gemist. Het was onze enige overdekte voorstelling, in een schuur van “de Zeekraal“. Handig als het regent, maar op een warme zonnige dag als deze funest voor mijn volle aandacht van het begin tot eind.

Na afloop besluiten we voor de terugrit gedeeltelijk over het fietspad door de polder te rijden. Daar hebben we nog genoeg tijd voor, al moeten we nog wel wat boodschappen doen. Voor het avondeten hebben we Marianne, Puck, Wim en Maaike uitgenodigd. Dat staat garant voor een aantal gezellige uren, niet in de laatste plaats door Suze’s kookkunst.

In de polder maakt Suze nog een opname van een typisch Hollands tafereel: grazende koeien in de weide. Al loopt hun broedseizoen ten einde, toch demonstreren iets verderop een Tureluur en een Grutto nog even hoe zij hun territorium bewaken. Daarbij maken ze dankbaar gebruik van de schaarse uitkijkposten in dit vlakke landschap.

Dinsdag, 18 juni

Vandaag komen Gerard en Gerri, Nora’s ouders, een paar dagen bij ons in Topaas logeren om zo aan den lijve de sfeer op Oerol te ondervinden. Als de veerboot arriveert zitten wij bij de voorstelling Last Tango👈, een co-productie van Orkater, Via Berlin en het Ragazze Quartet. Een hoofdrol is daarbij weggelegd voor het tangotrio van Carel Kraayenhof. Aan de lovende recensies die via de link in de vorige regel zijn te bereiken heb ik niets toe te voegen. Wat mij betreft was deze voorstelling het hoogtepunt van Oerol 2019. De zandafgraving Wulp is een uitgelezen locatie, de zonovergoten dag perfect. Al kun je dat laatste ook heel anders treffen: mijn familieleden hadden een paar dagen daarvoor deze voorstelling in de stromende regen bijgewoond. De spelers gaven echter ondanks dat, naar verluidt, geen krimp.

De toegift in het volgende filmpje illustreert de omstandigheden waaronder wij getuige waren van Last Tango.

Last Tango

Suze heeft voor de rest van de dag afgesproken met Astrid, ook een grote liefhebber van Oerol. Ik haast mij terug naar Topaas waar Gerard en Gerri inmiddels zijn aangekomen. Nadat ze met een broodje en een kop koffie wat zijn bijgekomen van de lange reis stel ik voor ze via de Westerkeyn wat wegwijs te maken. En net zoals de afgelopen zaterdag met Suze gaan we vervolgens door naar Midsland voor straattheater, maar het aanbod valt enigszins tegen. Ik herinner me er in elk geval weinig meer van. Gelukkig kunnen we wel een comfortabel plekje op een terras vinden en onder het genot van een consumptie de langslopende mensen observeren.

Terug in Topaas kan ik daar op het terras Gerard en Gerri een reprise van de maaltijd van de vorige dag voorschotelen. Terwijl ik daarvoor de voorbereidingen tref (dat klinkt indrukwekkender dan het is – Suze heeft immers bijna al het werk gedaan), bladert Gerri in één van de gastenboeken. Daarin stuit ze ook op foto’s van Nora’s eerste kennismaking met Topaas.

Met Gerard op de achtergrond bladert Gerri in een gastenboek

Suze heeft ondertussen deze middag met Astrid nog een paar expedities bezocht, onder andere van Marco Barotti’s project Swans bij Doodemanskisten. Marco Barotti was vorig jaar 👈de bedenker van het project “The Woodpecker” bij de watertoren in het Hoornse bos.

Als wij de maaltijd achter de kiezen hebben keert Suze ook terug zodat ze zelf de complimenten van Gerard en Gerri in ontvangst kan nemen.

Woensdag 19 juni

Gerard en Gerri hebben twee voorstellingen vooraf gereserveerd. Deze avond gaan ze naar Fogo Corendo en op donderdagmiddag naar De Ontheemden, gespeeld door Mezrab achter Café De Groene Weide in Hoorn. Aangestoken door ons enthousiasme over Last Tango probeert Gerri op de Westerkeyn deze ochtend tevergeefs nog kaarten voor de eerste voorstelling op donderdag te bemachtigen. De concurrentie is groot en het aantal nog beschikbare kaarten klein. Alleen hele vroege vogels hebben succes.

Gelukkig is op de Westerkeyn de dagelijkse talkshow met Eran & Satijn ook de moeite waard. Met predikant Ernst Zoomers gaat het gesprek over het verlangen ergens bij te horen. En met Merel Polat, een van de hoofdrolspelers uit Last Tango, wordt gesproken over beklemmende familiebanden. Dus krijgen ze van die voorstelling toch nog enige verdieping mee.

Suze heeft van Astrid vanwege een dubbele boeking deze ochtend een kaart gekregen voor een fietstocht langs verschillende locaties. De route is een verrassing, want alleen het startpunt is bekend. Deze ochtend is enige regenkleding zeker geen luxe.

Ik ben achtergebleven in Topaas en zal me bij Gerri en Gerard aansluiten als de talkshow op de Westerkeyn is afgelopen. Daarna fietsen we gezamenlijk naar de rommelmarkt in Lies. Daar koop ik bij Marianne een paar zakjes met plotsjes (een plaatselijke variant van drie-in-de-pan) die als lunch prima van pas komen. We kijken er ondertussen nog wat rond en volgen als we uitgekeken zijn Marianne naar “Schoonoord“, ons ouderlijk huis en het voormalige hotel-pension 👈waar mijn zus alweer meer dan 20 jaar woont.

Marianne geeft Gerard en Gerri een rondleiding door haar huis dat volgestouwd is met allerlei spullen die ze in de loop van de tijd verzameld heeft. “Alles moet weg“, daar is Marianne nog niet aan toe. Al is haar verzameling poppen in klederdracht wel in de aanbieding.

Gerri kijkt haar ogen uit. De tocht door het huis is een expeditie op zich. Overigens was de eetzaal in Schoonoord in 2013 op Oerol onderdeel van de expeditie “Gluren bij de buren“.

In de bloemenrijke tuin drinken we nog een kop thee met Marianne, waarna we onze weg vervolgen naar enkele actuele Oerol-expedities.

Getipt door Suze, die als onderdeel van haar fietstocht deze ochtend de expositie “The Robin Who Wondered If He Was a Nightingale” 👈bezocht, stappen we bij de ijsbaan aan de badweg in het bos af om deze met eigen ogen te aanschouwen. Met technisch vernuft heeft Jelle Mastenbroek een aantal vogels gebouwd die je met behulp van één van je identiteitskaarten tot zingen aan kunt zetten. Niet elk voortgebracht geluid overtuigt mij, al zijn spechten vanwege hun roffel altijd herkenbaar. Opnieuw moet ik aan Marco Barotti’s expedities denken.

Horen is kennen?

Op het strand vliegeren nog steeds de ganzen als “Silent Messengers“. Maar deze keer fotografeer ik een tweetal bezoekers.

G&G

We nemen het fietspad door de duinen naar de badweg van Oosterend. Strandpaviljoen “Heartbreak Hotel” blijkt van maandag tot en met woensdag gesloten, zelfs in de Oerolweek. Als Elvis dat verneemt draait hij zich ongetwijfeld om in zijn graf.

We fietsen via Oosterend en het fietspad onder de duinen terug naar Topaas. Met de haar zo kenmerkende vaardigheid bereidt Suze in een handomdraai opnieuw een heerlijke maaltijd zodat Gerard en Gerri ruimschoots op tijd bij hun eerste voorstelling zijn. Over onze ervaringen bij Fogo Corendo heb ik al eerder geschreven.

Donderdag, 20 juni

Samen met Suze maken Gerri en Gerard deze ochtend nog een fietstocht langs een aantal projecten. “Mudwell” bij de bommenkrater is de eerste.

Het beeld dat Gerri, kijkend in de koker, ziet komt overeen met de foto die Suze gisteren aan het begin van de verrassingstocht bij de bommenkrater maakte. Over de achtergrond van dit project is hier👈 een en ander te lezen.

In de polder bij Oosterend gaan ze naar een andere installatie op het snijvlak van kunst en wetenschap. Marco Barotti’s “Clams” (Kokkels) bestaat uit kunstmatige schelpen, gemaakt van gerecycled plastic en luidsprekers. Met een sensor wordt realtime informatie over de waterkwaliteit verbeeldt en in geluid omgezet.

Maar er is ook oog voor polderpracht:

Rond half één meld ik me bij restaurant Zonneweelde waar we met zijn vieren nog gezamenlijk lunchen voordat Gerri en Gerard ruim een uur later naar hun laatste voorstelling vertrekken. Wij rijden terug naar Topaas, maar bij de bommenkrater blijf ik nog even achter om Teresa van Dongens project alsnog zelf te zien.

Later in de middag zwaaien we Gerard en Gerri weer uit bij Topaas. Bij de boot zit dat er opnieuw niet in want rond die tijd worden we verwacht in de zelfpluktuin voor een soloconcert van Marike Jager.

De avond ervoor gaf ze met haar band een concert op de Westerkeyn. Op het terras van Topaas konden we flarden van haar concert horen. Maar nu is de setting intiemer. En met de teruggekeerde zon is het extra genieten. Uit haar commentaren tussen de liedjes maak ik op dat ze zich de afgelopen jaren uitsluitend aan haar moederrol heeft gewijd. We zijn getuige van een comeback die ook wordt opgeluisterd met het verschijnen van een nieuw album. Het lijkt me dat haar liedjes niets aan kwaliteit hebben ingeboet. Haar toegift leg ik vast.

Vrijdag, 21 juni

Vandaag begint onze dag knetterend, althans zo staat de talkshow van Eran en Satijn aangekondigd in de Oerolkrant. Onderwerp is de gapende generatiekloof die op Oerol telkens heel zichtbaar is. Twee kenmerken karakteriseren jaar in jaar uit de samenstelling van het publiek: de huidskleur is overwegend blank en de leeftijd 55+. Artistiek leider Kees Lesuis wordt aan de tand gevoeld over zijn ideeën om meer jongeren bij dit vergrijzend festival te betrekken. Het probleem ligt niet zozeer bij de artiesten. Dat arsenaal wordt telkens weer gevoed met nieuwe jonge talenten, vaak jonger dan Oerol zelf.

Het zijn met name de theatervoorstellingen waar relatief weinig jongeren op afkomen. Aan de andere kant blijkt, als achteraf na afloop van het festival de balans wordt opgemaakt, dat de meeste voorstellingen uitverkocht zijn. Bij de concerten op de Westerkeyn en de Betonning ligt de gemiddelde leeftijd lager. Ook het straattheater trekt een gemêleerd publiek en bovendien is daarbij net als bij veel expedities de entree vrij.

Nu is juni voor scholieren en studenten doorgaans een drukke periode, wat natuurlijk een gedeeltelijk verklaring is. Maar voor zo’n openluchtfestival als Oerol is vanwege de daglengte en het doorgaans mooie weer dit de ideale tijd. Dus verschuiven naar een andere periode, meestal ook al gevuld met evenementen, is geen werkbare optie. In elk geval lijkt mij het initiatief van die school uit Wolvega die een meerdaags uitstapje naar Oerol in hun excursieprogramma heeft opgenomen een begin.

Een jongedame die vorig jaar als vrijwilliger bij Oerol werkte mag een gênante geschiedenis vertellen over haar ontmaagding in die periode. Willen we dat weten? Jonge acteurs uit de voorstellingen ILIAS en Party Dialogues brengen een lied ten gehore. En de heer Kaspers, een vitale eilander van 98 jaar, deelt zijn levenslessen met ons.

Rond het middaguur wonen we nog een tentjesvoorstelling 👈 bij, een mini-optreden over voorwerpen met dierbare herinneringen.

Als de Oerol-bezoekers zich van het eiland terugtrekken en de stilte weer terugkeert: wat blijft er dan achter op het eiland? Hoe zit het met gevonden voorwerpen? Mees vertelt haar versie van verhalen achter gevonden voorwerpen en toont mensen met hun dierbare dingen, vastgelegd door fotograaf Billie-Jo Krul. Duik met Mees in de zee van ontdekkingen en dompel je onder in sketches en liedjes.

Een leuk, tussendoortje. Dan wordt het tijd ons vizier te richten op de locatie van de middagvoorstelling: Molkenbaks Plak. Daar begint om kwart over drie Karina Krofts versie van Shakespeare’s “Othello“.

Onderweg daar naar toe komen we langs etablissement “de Rustende Jager“, waar we andermaal buitenshuis op het terras lunchen. Als enige tijd later een groter gezelschap vraagt of ze bij ons mogen aanschuiven hebben we daar geen enkel bezwaar tegen. Op mijn “dan wordt het toch nog gezellig” kijken ze me bevreemd aan. Wat moet uw vrouw daar wel van denken? Ik laat ze maar in de waan. Maar gezellig blijft het wel.

Othello“👈 valt ons niet mee. We vinden het nogal chaotisch en hebben moeite de aandacht erbij te houden. Maar ja het is dan ook Shakespeare’s zwartste tragedie. Misschien waren we aan wat luchtigers toe. We hebben wel eens wat meer kunnen lachen bij Oerol-voorstellingen. Dergelijke signalen vingen we overigens meer op. Maar het kan natuurlijk ook te maken hebben met toevallige omstandigheden. Er is zoveel dat we niet gezien hebben.

’s Avonds gaan we opnieuw naar de Westerkeyn. Ik ben benieuwd naar het optreden van de Hackensaw Boys, brengers van het rauwe American Roots geluid. Mij stellen ze geenszins teleur. Grappig is de dame op leeftijd die gedurende het gehele concert rechts op het podium zit. Het is de moeder van de frontman. Zij mocht ook mee naar Europa, voor het eerst, en ontvangt daarvoor een welverdiend applaus.

Hackensaw Boys op Oerol

Als we terugfietsen naar Topaas is het kraakhelder. Nog een mooie gelegenheid om de “zon in de zee te zien zakken”. Wellicht zien we de groene straal 👈, het laatste licht voordat de zon achter de horizon is verdwenen. Ik probeer het met een time-lapse, Suze fotografeert. Helaas geen groene flits, maar wel een mooie afsluiting van de langste dag.

Zonsondergang versneld

Zaterdag, 22 juni

De dag van vertrek. Opruimen, laatste hand aan de schoonmaak leggen, de volgende gast begroeten en dan toch nog naar “de Branding” voor een lunch. Mocht de horeca spreken over een tegenvallende omzet, dan heeft het aan ons niet gelegen. Daarna via Marianne, waar we de auto stallen, naar café de Groene Weide voor de voorstelling de Ontheemden👈 van het theatergezelschap Mezrab. Drie verhalenvertellers laten ons vanuit een heel verschillende achtergrond ruim een uur geboeid luisteren naar episodes uit hun leven.

En zo is de cirkel van voorstellingen, die voor ons begon met de Vlaamse verhalenverteller Geert Hautekiet, weer op passende wijze gesloten!

2 gedachten over “Terugblik op de Oerolweek 2019

    1. Ja Suze, om te voorkomen dat ik na mijn Tanzaniaverhalen in een grote leegte zou belanden heb ik er toch weer een uitgebreid verslag van gemaakt! En met jouw prachtige foto’s is dat een groot genoegen👍

Geef een reactie