Elvis

Het is 8 januari. In de Volkskrant lees ik een juichende recensie 👈van een documentaire-film over de aanloop naar een concertserie die Elvis Presley 50 jaar geleden in Las Vegas opstartte. Mijn hart gaat sneller kloppen als ik lees dat de film deze dag éénmalig in een groot aantal bioscopen vertoond wordt. Exclusiviteit wekt begeerte op…. Ook in Kinepolis Emmen zijn twee voorstellingen geprogrammeerd, één ’s middags en één ’s avonds.

Ik bel Jan Nooitgedagt. Toen we pas naar Emmen verhuisd waren woonde Jan met Inez en hun dochters in het huis tegenover ons. Onze kinderen speelden met hun kinderen en Jan en Inez introduceerden ons op hun beurt bij bevriende buurtgenoten. De contacten bleven, ook nadat het ene na het andere gezin naar andere wijken verhuisde.

Jan is een Fries in hart en nieren. Rond 1985 was het nog toegestaan voor 1 april kievitseieren te rapen en Jan wist locaties in de buurt van Emmen waar jaarlijks kieviten nestelden. In mijn vroege jeugd op Terschelling was het eieren zoeken ook voor mij een geliefde bezigheid (zie ook Oerol(6) 👈), al was ik er gelukkig voor de kieviten niet zo bedreven in. Dus toen Jan mij ergens in maart voorstelde eens met hem mee te gaan om te kijken of er al kievitseieren te vinden waren deed hij mij versteld staan door de trefzekerheid waarmee hij nesten wist te lokaliseren.

In 1985 en 1986 vonden in Friesland elfstedentochten plaats. De mythische status die de laatste daarvoor verreden elfstedentocht van januari 1963 gekregen heeft, leidde ertoe dat het ledenaantal van de Koninklijke Vereniging De Friesche Elfsteden dermate toenam dat jaarlijks een loting voor een startbewijs werd verricht onder de leden die na een bepaalde datum lid waren geworden. Eerder aangemelde leden waren daarvan vrijgesteld. Jan was vanzelfsprekend lid, je heet niet voor niets Nooitgedagt, maar was voor deelname wel van loting afhankelijk. En in 1986 was hij uitgeloot.

In 1963 had ik in Oude Leye de eerste schaatsers, waaronder de latere winnaar Reinier Paping, met eigen ogen onder barre omstandigheden richting Bartlehiem zien rijden. Gewapend met onze 8 mm filmcamera was ik in 1985 opnieuw naar Oude Leye getogen om Evert van Benthem en consorten te zien passeren. Het jaar daarna besloot ik weer naar Friesland te rijden en vroeg Jan mee. We zochten een plekje langs de Dokkumer Ee, daar komen de schaatsers twee keer langs. Maar als toeschouwer vond Jan er geen barst aan…

Jan nam de telefoon op.

“Met Nooitgedagt.”

” Hoi Jan, met Cor, ik moest vandaag aan jou denken.”

“Ik snap waarom!”

Kijk, daaraan herken je de echte Elvis-fan.

Behalve de (verdwenen) passie voor kievitseieren zoeken en schaatsen op natuurijs (hij actief, ik als toeschouwer – ook op dit gebied sta ik ruimschoots in zijn schaduw) delen we de bewondering voor de muziek van de King.

Mijn fascinatie voor het fenomeen Elvis werd gevoed door de singletjes die broer Wim in zijn HBS-tijd aanschafte. Ik schreef er over in de linernotes van één van mijn “Christmas Mixtapes“👈.

Ook de eerste plaatjes die ikzelf kocht of kreeg waren Elvis-singles. Een foto, vermoedelijk genomen op Sint-Nicolaasavond in 1962 toont mij, enigszins ongeflatteerd, met mijn presentjes: een chocoladeletter, een multomap, een foto van Roger Moore als Ivanhoe met daarbij een plaatje waarop het hoorspel “Ivanhoe’s grote avontuur” en de Elvis-single Return To Sender.

De laatstgenoemde plaatjes heb ik nog steeds in mijn bezit, zoals op bovenstaande collage is te zien. Mijn draaitafel is al jaren niet meer operationeel, dus het is lang geleden dat ik ze gedraaid heb.

Jongere liefhebbers van Elvis’ muziek dan ik hebben veelal een voorkeur voor zijn latere werk, maar ik hoor het liefst zijn up-temponummers uit het begin van de jaren ’60 zoals (Marie’s The Name Of) His Latest Flame, Little Sister en Suspicion. Daarnaast natuurlijk ook de nummers die ik kende van de plaatjes uit de Rock & Roll-periode – Jailhouse Rock, Heartbreak Hotel, All Shook Up, om een paar te noemen. De lovende recensie in de Volkskrant van de documentaire die op zijn 85e geboortedag vertoond zou worden maakte me nieuwsgierig. Misschien werd het tijd voor een herwaardering van de latere Elvis.

De nagedachtenis aan Elvis wordt door een fanatieke schare intense bewonderaars (sommigen weigeren zelfs te geloven dat hij niet meer onder ons is) op velerlei manieren in leven gehouden. In één van de klassen waaraan ik in 1981 les gaf zat een jongen met een echte vetkuif die zijn adoratie voor Elvis niet onder stoelen of banken stak. Jaren later zag ik hem, nog steeds duidelijk herkenbaar als Rock & Roll-fan, terug tussen het publiek bij een concert van Carl Perkins (met de Everly Brothers de enige R&R-legendes die ik ooit live zag optreden) in de Oosterpoort.

Op Terschelling verrees op het strand bij Oosterend Heartbreak Hotel, een horecagelegenheid helemaal ingericht in 50-er jaren-stijl. Flang (Willem Andries Cupido), uitbater en bedenker van het concept, huurde in de zomermaanden de Blue Moon Boys in. Iedere avond vanaf zonsondergang speelden ze tot in de kleine uurtjes Rock & Roll- en Rockabilly-nummers. Op 16 augustus, Elvis’ sterfdag, werd een memorial day georganiseerd. Vast “hoogtepunt” van de concerten was, duidelijk niet vanwege de kwaliteit van zijn zangkunst, het moment dat Flang in Elvis-outfit Can’t Help Falling In Love 👈 ten gehore bracht. Zelfs de hond is aan het eind op deze opname te horen. Waarschijnlijk opgelucht dat zijn baasje het weer volbracht heeft.

Meermalen genoot ik van het aanstekelijke plezier waarmee de Blue Moon Boys muziek van mijn jeugd deden herleven. Dat ze in hun repertoirekeuze niet uitsluitend gebaande wegen bewandelden nam mij nog meer voor hen in.

Ook onder gerespecteerde muzikanten kent de King veel bewonderaars. Het aantal composities waarin een ode aan Elvis wordt gebracht of verwijzingen naar hem te horen zijn is indrukwekkend. Ik heb voor de geïnteresseerde luisteraar een spotify-playlist gemaakt met de mooiste die ik ken. John Fogerty, Bruce Springsteen, Gillian Welch en Frank Zappa zijn wellicht de bekendste namen op deze speellijst👈. En passant heb ik nog een tweede spotify-playlist samengesteld met mijn favorieten 👈uit het repertoire van Elvis.

Ik vertelde Jan van de documentaire waarover ik die ochtend gelezen had. Overtuigd dat dit voor hem geen teleurstelling zou worden, stelde ik voor bij Kinepolis af te spreken. Daar had Jan wel oren naar en dus reserveerde ik kaarten voor de avondvoorstelling.

De film voldeed in alle opzichten aan de verwachtingen. Jan had wel andere live-registraties van concerten van Elvis gezien, maar deze was ook nieuw voor hem. Erg mooi te zien was het plezier dat van de muzikanten afstraalde tijdens de repetities. Zoals bij het van Dusty Springfield bekende You Don’t Have To Say You Love Me. De Engelse versie is een bewerking van het in 1965 door Pino Donaggio gezongen origineel “Io Che Non Vivo Senza Te“.

Hieronder volgen nog een paar fragmenten uit het concert.

Just Pretend
All Shook Up
You don’t have to say you love me

U ziet: ik was er ondersteboven van 🙃!

En zo was het net alsof Elvis, die nog nooit buiten de Verenigde Staten optrad, daar alsnog spijt van had gekregen en meer dan 40 jaar na zijn dood ook nog even voor een serie parallelle optredens naar Nederland kwam.

4 gedachten over “Elvis

    1. Altijd weer verrassend welke lezers op mijn stukjes reageren, Annelies. De diversiteit van de onderwerpen lokt dat ook wel uit en leert mij ook weer wat over de volgers van mijn blog. En reacties verneem ik graag…

    1. Dank voor het compliment Jan en Inez. Ja, het woord Elvis “triggert” Jan meteen. Het was al weer een vroeg hoogtepunt dit jaar!

Geef een reactie