Rouwkwikstaart
Uitbundig bloeiende Brem in de duinen brengt mij ertoe terugfietsend na het concert van het LAC Ensemble een stop te maken voor een paar foto’s.


In Topaas heb ik vanuit het kamerraam aan de westkant deze week ook dagelijks zicht op een weelderig “bremboeket”. Een prima compensatie voor de bloemen die binnen ontbreken.
Dan valt mijn oog op een opvallend donker getekende kwikstaart. Voor Witte Kwikstaarten heb ik niet snel de neiging mijn fototoestel te pakken, hoe sympathiek deze vogeltjes mij ook zijn. Vooral als voorjaarsbode zijn ze me dierbaar, maar nadat ze in grote getale zijn teruggekeerd verschuift mijn aandacht naar de kleurrijke Gele Kwikstaarten. Al heeft die familie ook varianten die in ons land veel zeldzamer zijn: Engelse Kwikstaart, Noordse Kwikstaart en Citroenkwikstaart om er enkele te noemen.
De vogel die ik nu zie is anders. Mijn vermoeden wordt door de lens van de verrekijker bevestigt: een Rouwkwikstaart vertoeft korte tijd voor Topaas.


Maandag, 15 mei
De zon laat het vandaag afweten. Wat regen wordt niet uitgesloten. In weerwil van de oproep deze maand ten behoeve van de insecten het gazon met rust te laten haal ik de grastrimmer van zolder om de begroeiing voor het terras in te korten. In de voorafgaande weken hebben enkele gasten melding gemaakt van overstromende dakgoten tijdens hevige regenbuien. Ik vermoed dat dat deels te maken heeft met dichtgroei van de afwatering. Inderdaad lukt het mij zo in elk geval de uiteinden van de regenpijpen weer vrij te maken. Dankzij de telescoopladder die ik ooit heb aangeschaft kan ik ook nog wat rommel uit de dakgoot verwijderen. Het is altijd weer een puzzel hoe die ladder veilig uit- en in te schuiven. Internet biedt altijd uitkomst….
Als het in de loop van de middag met de regen blijkt mee te vallen en zelfs wat opklaart pak ik de fiets en rijd naar de kwelder bij Striep. Van daaruit ga ik andermaal oostwaarts.
Ik blijf even staan bij twee mensen die met kijker en vogelboek proberen een vogel die ze gezien hebben op naam te brengen. Helaas is die uit beeld verdwenen en uit hun beschrijving kan ik aanvankelijk weinig aanknopingspunten vinden voor een correcte determinatie. Namen als Witgatje, Bosruiter, Oeverloper passeren de revue. Net als ik verder wil gaan zie ik vlak voor ons een Bonte Strandloper.
“Is dat hem?” vraag ik. En inderdaad, het probleem is opgelost.

Ze vertellen me ook nog dat ze bij Oosterend langs dit fietspad Tapuiten in het bijzijn van konijntjes een hol tussen de basaltblokken zagen binnenlopen. Voor mij een extra reden om nog wat verder te gaan.
In het water zwemmen twee Eidervrouwtjes met welgeteld 21 nakomelingen.

De mannetjes zijn niet ver weg, maar het is de vraag of zij zich om het lot van de kuikens bekommeren.


Een Steenloper prefereert een plek met vaste grond onder de voeten.



Dan zie ik op meerdere plekken konijntjes



en, niet ver daarvandaan, Tapuiten.





In de polder staan langs de Oosterboutenweg een Grutto en een Tureluur elk op een paal aan weerszijden van het toegangshek naar hun territorium. Een andere Grutto kijkt vanaf de grond waakzaam rond.



Ik rijd, na een tussenstop bij de Jumbo voor enkele boodschappen, terug naar Topaas.
Het laatste stuk toch nog in de regen…..
Mooi, Cor, het is wel een paradijsje daar met zoveel uiteenlopende vogels op korte afstand bij elkaar. Zo’n zwarte kwikstaart heb ik nog nooit gezien, hij heeft zijn naam in ieder geval niet gestolen. Witte kwikstaartjes zie ik ook vrij regelmatig, maar van de gele kwikstaart heb ik nog niet zo gek veel foto’s kunnen maken.
Mooie afsluiting met de grutto en de tureluur bij elkaar in de buurt.
Het was ook mijn eerste Rouwkwikstaart. Witte Kwikstaarten vind ik eigen meer grijsachtig..