Naar buiten!

Nu de dagen korten zijn er nog maar een maand of twee te gaan voordat ik de blik op het komende voorjaar richt. Een goed moment om aan de hand van foto’s de balans op te maken van memorabele observaties bij mijn uitstapjes in de wijde omgeving van mijn woonplaats.

Mijn tweede bezoek aan de Marker Wadden, nu samen met Jan, en de reis met Wim en Puck naar IJsland heb ik in eerdere berichten al uitgebreid gedocumenteerd. Ook de Oerolweek met Belleke heeft de nodige aandacht gekregen. In dit bericht beschrijf ik andere activiteiten in de periode tussen half mei en half juli.

Tusschenwater en Zuidlaardermeergebied

Bij één van mijn bezoekjes aan de vogelkijkhut Diependal krijg ik van een medevogelaar de tip eens te kijken bij Tusschenwater👈. Ik had er nog nooit van gehoord. Hij vertelt me dat je daar vanaf het fietspad bijzondere vogelsoorten zoals de Steltkluut op korte afstand kunt observeren. Van zo’n tip gaat mijn vogelaarshart sneller kloppen. Op zoek naar schaarse soorten in ons land ben ik er altijd voor te vinden mij op onbekend terrein te begeven.

Met mijn tweewieler achterop de auto rijd ik op 25 mei naar het Hunzedal. Vanwege werkzaamheden verderop parkeer ik de auto een paar honderd meter voor de door mij op de navigatie ingetoetste bestemming bij een kruispunt van landweggetjes in de berm. De kruidenrijke weiden bieden een veelbelovende aanblik in de ochtendzon.

Hunzedal, 25 mei 2023

Ik fiets naar het beoogde startpunt en houd halt bij een atypisch naambord. Het is een lege rechthoekige lijst van cortenstaal waar in de bovenste balk de naam “Tusschenwater” is uitgespaard. Het doet mij denken aan het project “Sprekend Landschap” op Terschelling in 2009. Langs een fietsroute waren daar tijdelijk, met een knipoog naar de layout van de cover van het maandblad National Geographic, op diverse locaties gele kaders geplaatst. Ze gaven zo een doorkijk naar een specifiek deel van de omgeving. Dat gaf op de een of andere manier een ander perspectief. Landschapsfoto’s lichten doorgaans een beperkt deel van het gezichtsveld uit. In deze situatie kan de toeschouwer oordelen over de keuze van zo’n uitsnede in relatie tot de gehele omgeving. Eén van mijn volgers schreef enkele berichten over dit project op zijn blog👈.

Aan weerszijden van de weg strekt zich een drassig gebied uit waarin verderop bomen met de voeten in het water staan. Terwijl de lente nu op zijn einde loopt is er nauwelijks een spoor van een bladerdek tussen de takken zichtbaar. Misschien zijn ze door de permanent hoge waterstand ter ziele gegaan.

Als ik met de zon in de rug inzoom op het water zie ik tussen de begroeiing een paartje Slobeenden.

Dan krijg ik Steltkluten, foeragerend in gezelschap van enkele Kemphanen, in beeld. Tegen de donkere achtergrond worden de Kemphanen met hun geschubde mantel beter gecamoufleerd dan de Steltkluten met hun contrastrijk zwart-witte verenkleed.

Steltkluut met Kemphaan, Tusschenwater, 25 mei 2023

Wat een lange poten hebben Steltkluten, ze doen hun naam zeker eer aan!

Ook in de vlucht zijn die lange rode poten een opvallend kenmerk.

Steltkluut, Tusschenwater, 25 mei 2023

Naast de genoemde steltlopers is Tusschenwater ook rijk aan ganzen en broeden er Lepelaars. Na me een poosje vergaapt te hebben aan de vogelrijkdom rijd ik over een fietsvlonder naar de andere kant. Daar ga ik op een bankje zitten om nog wat rond te kijken. Deze omgeving noodt uit om er foto’s te maken.

Het gebied is kleiner dan ik verwachtte. Niet veel verderop stuit ik al op een informatiepaneel dat de toegang tot het Tusschenwater van de andere kant markeert. Langs de weg naar het nabijgelegen plaatsje De Groeve kijkt een Graspieper met een rups in de snavel vanaf een paaltje waakzaam rond. Een aanwijzing dat het vogeltje ergens in de buurt zijn broedsel verzorgt.

Graspieper, Hunzedal, 25 mei 2023

Natuurlijk heb ik mijn fiets niet voor een tochtje van een paar kilometer meegenomen. Zonder vooropgezet plan oriënteer ik mij nu op de plattegronden bij de fietsknooppunten om een route naar het Zuidlaardermeer uit te stippelen. Het brengt mij in Meerwijck, een waterrijke villawijk bij Kropswolde. Ik stop even op een bruggetje dat een idyllisch uitzicht biedt. Ondertussen maak ik een praatje met een vrouw op een racefiets die om dezelfde reden haar rit hier onderbreekt.

De fietsroute op de afbeelding hieronder komt, met Tusschenwater (9) als startpunt, globaal overeen met het door mij gevolgde traject. Vanaf De Groeve rijd ik grotendeels tegen de draairichting van de wijzers van de klok. Op het laatste stuk laat ik Zuidlaren (10) “rechts” liggen.

Fietsroute rond het Zuidlaardermeer

Na Meerwijck kom ik bij een kruispunt waar ik, naar achteraf blijkt, een informatiebord over het hoofd zie. Mijn intuïtie laat mij in de steek. In plaats van linksaf te slaan kies ik de tegenovergestelde richting. Zo beland ik na enige tijd via een fietspad door een lommerrijke omgeving in een buitenwijk van een grotere plaats. Ik heb geen idee waar ik verzeild ben geraakt, maar in elk geval niet bij het Zuidlaardermeer. Terug bij het punt waar ik de verkeerde afslag nam zie ik nu het gemiste informatiebord recht voor mij…. Ik was naar Hoogezand gereden.

Ik rijd nu door tot ik bij Beachclub Vifero aan de rand van het Zuidlaardermeer kom. Een mooie plek om daar op het terras te ravitailleren. Koffie met appeltaart.

Op de plattegrond heb ik inmiddels gezien dat ik naar een fietspontje bij het Drentsche Diep kan rijden om daarmee over te steken naar de Onnerpolder. Een jaar geleden was ik daar een paar keer kort na elkaar om Zwarte Sterns en Witwangsterns te fotograferen. Bij het pontje aangekomen blijkt de handmatige bediening defect. De ketting is vastgelopen. Aan beide zijden van het water staan fietsers op hulp te wachten. Omdat ik geen zicht heb op de tijd die dat in beslag zal nemen – twee tegemoetkomende fietsers hadden me even eerder al gewaarschuwd dat de oversteek gestremd is – keer ik ook maar om.

Achteraf heb ik daar geen spijt van. Om de overzijde van het Drentsche Diep te bereiken ben ik nu genoodzaakt een omweg te maken langs het Foxholstermeer. Daar is een fietspad door de Kropswolderbuitenpolder en de Westerbroekstermadepolder aangelegd. Het is een prachtige route door een vogelrijk landschap met een gevarieerde vegetatie waarin zowel drassige delen als stukken open water voorkomen.

In de rietkragen verblijden Rietzangers en Kleine Karekieten mij met hun onvermoeibare zang.

Op het traject tussen Westerbroek en Onnen stop ik hier en daar om wat plaatjes te schieten. Het fietspad volgt deels de spoorbaan van de trein richting Hoogezand.

Schampend langs Haren bereik ik uiteindelijk weer het Zuidlaardermeergebied. Ik stop bij de nieuwe kijkwand bij de Petgaten Osdijk👈.

Twee natuurliefhebbers komen aanfietsen. Ze wonen in de buurt en vertellen dat hier Bevers huizen, waarbij ze me wijzen op een doorgeknaagde boom. Ook een Zeearend broedt hier vlakbij. Maar beide soorten laten zich niet zien, in tegenstelling tot de alom aanwezige Aalscholvers. En passant hoor ik dat het fietspontje weer functioneert.

Ik ga nog even naar de plek waar vorig jaar de verschillende Sterns en Geoorde Futen zich mooi lieten zien. Nu ruziet er een Meerkoet met een Zomertaling.

Inmiddels is het hoog tijd om door de Oostpolder naar Noordlaren te fietsen en vandaar via Midlaren de kortste route te kiezen naar Tusschenwater. In de Oostpolder is een Lepelaar met een wapperende kuif bij een slootje een opvallende verschijning.

Vlak voor De Groeve kies ik een smal binnenpad om een stukje af te snijden. Vanaf een loopbrug over het Havenkanaal heb ik een mooi uitzicht op een Hollandse molen.

Terug bij de auto toont de app op mijn telefoon dat ik 55 km in de benen heb. Op weg naar huis zet ik de auto nog twee keer aan de kant. Eerst om een prachtige Gele Kwikstaart te portretteren.

En even later bij een Grutto, alarmerend vanaf zijn uitkijkpost tussen het Fluitenkruid.

Een nieuwe camera

Met de reis naar IJsland in het vooruitzicht wil ik voor het maken van foto’s goed beslagen ten ijs komen. Hoewel ik de afgelopen jaren veel plezier beleefd heb aan de Nikon spiegelreflexcamera met de 400mm telelens zie ik het niet zitten dit gewichtige apparaat daarnaartoe mee te nemen. Vandaar dat ik eind mei opnieuw mijn licht opsteek bij de plaatselijke fotowinkel.
Mijn keuze valt op een Sony compactcamera. Belangrijk pluspunt voor de vogelaar in mij is het 24mm – 600mm zoombereik dat mij in staat stelt zonder van lens te wisselen te schakelen tussen een grote gezichtshoek en een sterke vergroting. Omdat de beeldsensor minder groot is dan bij de Nikon wordt het voordeel van de registratie van kleinere details bij maximaal inzoomen wel weer enigszins teniet gedaan.

Bij de Nikon hapert af en toe het contact tussen de camerabody en de Sigma-telelens. De melding “geen objectief bevestigd “ zal dankzij de vaste lens bij de Sony mijn humeur niet kunnen verpesten door op ongelegen momenten het maken van foto’s te blokkeren.

Het is nu zaak me de bediening van de nieuwe camera eigen te maken. Dat levert in het begin nog wat problemen op. In de weken voor Oerol ga ik daarom vaak op pad. Dat levert in eerste instantie niet zoveel foto’s op die de toets der kritiek kunnen doorstaan.

Een fietstocht vanuit Veenhuizen door het Fochtelöerveen leert me dat ik, een Boerenzwaluw in een vogelkijkhut uitgezonderd, het fotograferen van vogels met dit toestel nog lang niet onder de knie heb. Al doet dat niets af aan het plezier van mijn beleving te bewegen in een mooi landschap.

Twee dagen later lijkt er tijdens een rondje Lauwersmeer niet veel progressie te zitten in mijn beheersing van de camera. Met name bij Ezumakeeg vind ik het beeld door de zoeker teleurstellend. Ik wijt het aan de minder gunstige lichtomstandigheden op dat moment. Of toch een verkeerde instelling?

Weer thuis ga ik de handleiding maar eens beter lezen. Dan kom ik erachter dat op het toestel een wieltje zit waarmee je het oculair passend voor je ogen kunt afstellen 🙈……

Natuurlijk biedt internet ook een schat aan in formatie. Zo leer ik via deze website👈 een “vogelknop” in te stellen. Niet dat daarmee de vogels vanzelf naar je toe komen vliegen, maar vooral als een handig hulpmiddel dat snel voor de passende instellingen zorgt om in het spervuur aan opnamen de kans op een fraaie voltreffer te vergroten.

Daarna gaat alles beter, zeker nadat een ervaren natuurfotograaf mij toevertrouwt dat ze zichzelf een jaar de tijd gunt om zich de belangrijkste eigenschappen van een nieuw toestel eigen te maken. Geduld en vasthoudendheid zijn hier de toverwoorden.
De trouwe volgers van mijn blog hebben aan de hand van de berichten over Oerol en IJsland inmiddels vast kunnen stellen dat ik vorderingen gemaakt heb.

Bargerveen

Op 27 mei, de dag waarop ik mijn nieuwe camera koop, loop ik dezelfde avond nog een rondje in het Bargerveen. Ik zie er mijn eerste Grauwe Klauwier van dit jaar.

Grauwe Klauwier, 27 mei 2023

De opmerkelijkste waarneming betreft evenwel een Grote Karekiet die, verscholen in de begroeiing langs het waterbekken tussen de Hoofdwijk F en de Verlengde Noordersloot, gakkende ganzen, een zingende Merel en een roepende Koekoek probeert te overstemmen.

Grote Karekiet Bargerveen 27 mei 2023

Begin juni ga ik er weer naartoe. Dit is immers de ideale periode om Grauwe Klauwieren te zien. Deze keer maak ik een middagwandeling en zie zowel een mannetje als een vrouwtje.

Op de geluidsimpressie die ik maak wedijvert de Grote Karekiet deze keer met een Groene Kikker om een glansrol.

Grote Karekiet in het Bargerveen, 2 juni 2023

Drie dagen later ga ik op herhaling. Vroeg in de ochtend krijg ik kort na aankomst al een mannetje in het vizier. Het licht is mooi en ik bekijk meteen het resultaat van de eerste opnamen die ik maak.

Oeps! Op het schermpje zie ik geen natuurgetrouwe afbeelding, maar een gestileerd portret van de vogel.

Grauwe Klauwier, Bargerveen, 5 juni 2023

De schrik slaat me om het hart. Wat is hier aan de hand?

In plaats van om me heen te kijken moet ik me nu verdiepen in de instellingen van mijn camera. Na een uitgebreide speurtocht door het menu kan ik het speciale effect dat ik onbedoeld heb ingesteld uitschakelen. Achteraf vind ik het resultaat van enkele “mislukkingen” zeker de moeite waard. Voor de vogelkenner is de Grauwe Klauwier ook op deze plaat heel herkenbaar. Het doet me denken aan het project Blocbirds👈 dat vogels terugbrengt tot een patroon van kleuren.

De Grauwe Klauwier is ondertussen uit het zicht verdwenen, maar nu is er een Ree op het toneel verschenen. De foto die ik ervan maak laat zien dat mijn probleem verholpen is. Later op de ochtend krijg ik tussen hoog opgaande begroeiing nog een Ree voor de lens. Het dier staart mij verwonderd aan.

Tussen beide ontmoetingen met een Ree door komt de tweede Grauwe Klauwier van deze dag in beeld waarna ik pas aan het eind van mijn rondwandeling de derde in een meidoornstruik ontdek. Al sluit ik niet uit dat die dezelfde als de gestileerde is.

Struinen door het Bargerveen in de ochtenduren loont zeker de moeite. Bij het bekken zwemt een Wintertaling.

Het waterreservoir zelf wordt grotendeels door een rietkraag en struikgewas aan het oog onttrokken. Maar het wemelt er van vogels in voorjaarsstemming. De app Merlin Bird ID op mijn smartphone herkent op een geluidsopname van zo’n 40 seconden Fitis, Koekoek, Spotvogel, Tuinfluiter, Merel en Houtduif. De Grote Karekiet ontbreekt kennelijk nog in de database waaruit de app informatie put. Want ook vandaag laat die zangvogel zich herhaaldelijk horen, maar niet zien.

Niet genoemd in bovenstaand rijtje maar even later wel in beeld is de Bosrietzanger. Eén van mijn favoriete zangvogels die evenals de Spotvogel een meesterlijke imitator👈 is.

Die gave ontbreekt de Grasmus. Anderzijds laat die zich weer wat gemakkelijker zien. Ook vandaag.

De in mijn vogelverhalen vaak bejubelde Blauwborst combineert mooie vocale prestaties met een fraai uiterlijk. Maar Blauwborsten pieken, zeker wat de zang betreft, vroeger in het jaar. In juni moet je een portie geluk hebben om ze op te merken. Maar dat heb ik vandaag.

Deze vogel heeft nog energie voor een serenade, al moet hij het qua volume afleggen tegen het koor van de Groene Kikkers in het water onder hem.

Groene Kikker, Bargerveen, 5 juni 2023

De Roodborsttapuit die mij vanuit de top van een struik nauwlettend in het oog houdt voor ik terug bij de auto ben zorgt voor een mooie afsluiting van deze ochtend.

Roodborsttapuit, Bargerveen, 5 juni 2023

Gele Kwikstaart

Zo’n vogeldag smaakt naar meer. Vandaar dat ik dezelfde avond nog een rit maak naar het Diependal bij Oranje. Begin juni worden de akkers langs de toegangsweg vanaf de parkeerplaats naar het begin van de tunnel naar de kijkhut bevolkt door Gele Kwikstaarten.

In de avondzon kan ik het testen van de Sony daar botvieren op een mannetje.

Vanuit de hut zelf maak ik een foto van het uitzicht.

Diependal, Oranje, 5 juni 2023

Op bovenstaande foto is linksonder de tak boven het water te zien die vaak als uitvalsbasis dient voor IJsvogels bij hun jacht op visjes daaronder. Helaas laten ze het deze keer afweten.

Als ik terugloop heeft het mannetje Gele Kwikstaart gezelschap gekregen van zijn partner. De prooi in haar snavel is ongetwijfeld bestemd voor één van haar nakomelingen.

Bij de Grote Rietplas

Festivalterrein in opbouw, Grote Rietplas, 6 juni 2023

De volgende dag zoek ik het dichter bij huis. Terwijl verderop langs de Rietplas de opbouw van het festivalterrein voor het muziekevenement Hello in volle gang is loop ik ’s avonds een rondje om de kanovijver. In de rietkragen en de bosschages hebben Kleine Karekieten, Bosrietzangers en Grasmussen een territorium gevestigd. Dat werkt weer als een magneet op Koekoeken die vanaf begin mei op een kans loeren in nesten van deze waardvogels ongemerkt een ei te deponeren. Met de bekende gevolgen van dien.

Op de Grasmus na is het elk jaar weer een uitdaging de genoemde vogels hier te fotograferen. Het blijft meestal bij eindeloos turen in de rietkraag om een glimp van een Karekiet of een Bosrietzanger op te vangen. Ook de Koekoek houdt niet van pottenkijkers, want die zie ik vooral vliegend of roepend vanaf een boomtak op veilige afstand.

Grasmus, Grote Rietplas, 6 juni 2023

Deze keer gunt een Koekoek mij toch enkele ogenblikken voor een fotomoment.

Koekoek, Grote Rietplas, 6 juni 2023

Bargerveen revisited

Op de laatste junidag ben ik weer terug in het Bargerveen. De kikkerkoren zijn verstomd en de zangvogels laten zich ook nauwelijks meer horen. Ik maak een kort middagrondje waarin een tweetal mannetjes Grauwe Klauwier zich nog wel even laat zien. De meeste tijd besteed ik aan een vergeefse poging een IJsvogel terug te vinden. Het blijft bij de herinnering aan de blauwe flits die ik over het water in een slootje zie scheren.

Op 9 juli ben ik vroeger op de dag terug in het Bargerveen en dat loont. Die ochtend houd ik minstens zes keer de pas in voor Grauwe Klauwieren. Ik heb de indruk dat het een goed jaar is voor deze broedvogels. In de loop van het seizoen wordt mijn vermoeden bevestigd bij gesprekken die ik heb met andere vogelaars. Ze worden op veel meer plaatsen opgemerkt. Voor deze soort lijkt het tij gekeerd nadat zo’n drie decennia terug het Bargerveen het laatste bolwerk in ons land leek.

Een slideshow van de gemaakte portretten:

Een Bosrietzanger alarmeert als ik in zijn buurt kom. Ik betrap hem met een prooi in de snavel.

Naarmate de temperatuur stijgt worden ook de gevleugelde insecten actiever. Nadat ik een Boompieper in de top van een boom op de gevoelige plaat heb vastgelegd – kun je dat nog zo opschrijven bij digitale fotografie? – wordt mijn aandacht getrokken door een Dagpauwoog en een Hommel. Het gele Jacobskruiskruid, levensbedreigend als voedsel voor de veestapel, kleurt de berm langs het zandpad en is een belangrijke leverancier van nectar en stuifmeel voor diverse insecten. Het inspireert me tot het maken van enkele foto’s met ingetrokken lens. Mijn obsessie voor vogels leidt ertoe dat ik met de Sony meestal maximaal inzoom. Maar voor objecten voor je voeten biedt zo’n instelling weinig soelaas..

Diependal

Een week eerder bevind ik me in de avonduren andermaal in de vogelkijkhut van het Diependal. Boerenzwaluwen vliegen af en aan om de bedelende jongen in het gebouwtje van insecten te voorzien. Ze trekken zich weinig aan van de natuurfotografen die er door de kijkgaten de omgeving afspeuren naar mooie tafereeltjes. Vanaf een uitkijkpost op een kale berkenstam overziet een Boerenzwaluw de omgeving. Recent uitgevlogen Kwikstaarten hebben het Diependal ook gevonden.

Op de modderige stroken langs het water zoeken Witgatjes en een paar Kemphanen naar lekkere hapjes. Hun aanwezigheid hier is al een voorbode van het begin van de najaarstrek, terwijl de zomer nog maar nauwelijks is begonnen.

Aan de andere kant van de hut beproeft een Grote Zilverreiger zijn geluk in kniehoog water.

Tegen de tijd dat ik weer weg wil gaan verschijnt nog een Ree op het toneel. Een mooie bonus aan het slot van deze dag.

Paapjes in de Onlanden

Begin mei beschreef ik ontmoetingen met Paapjes👈 op een tweetal locaties in Drenthe. Dat betrof hoogstwaarschijnlijk doortrekkers. Dit prachtige zomervogeltje is inmiddels een zeldzame broedvogel in Nederland. Ik sluit niet uit dat het Paapje dat op 11 mei in het Diependal een opvallende rietpluim als uitvalsbasis gebruikt voor voedselvluchten deel uitmaakt van een broedpaar. Zekerheid heb ik niet.

Eén van de laatste bolwerken waar Paapjes in Nederland nog succesvol broeden bevindt zich bij het Eelderdiep in de Onlanden. Een goede reden om daar een kijkje te nemen.

Op 7 juli rijd ik vanuit Peize naar de parkeerplaats aan het eind van de Noorddijk aan de rand van de Onlanden. Van daaruit ga ik rechtdoor naar het rijwielpad langs het Omgelegde Eelderdiep. Ik volg de Madijk langs Eelderwolde. Bij de Onlanderij volg ik het fietspad tot het bruggetje over het Eelderdiep. Vorig jaar een prachtige plek om meeuwen, sterns en moerasvogels waar te nemen. Waarschijnlijk als gevolg van de uitbraak van vogelgriep eerder dit jaar zijn ze nu in geen velden of wegen te bekennen. Wel stappen andere vogelminnaars hier ondertussen ook af. Met één van hen rijd ik terug naar de Madijk om verderop langs het fietspad naar Peizermade een poging te doen een IJsvogel te zien. Die komt echter evenmin opdagen. Onze conversatie, niet alleen over vogels maar ook over persoonlijke voor-en tegenspoed, ervaar ik als bijzonder waardevol. Beiden hebben we in het recente verleden vergelijkbare ervaringen van nabij meegemaakt. Bij de Groningerweg scheiden onze wegen zich. Ik krijg van hem nog een tip voor een interessant vervolg van mijn fietstocht.

Zo bereik ik via de Groningerweg bij de Weringsedijk een fotogeniek plekje bij een stuw in een sloot.

Uiteindelijk kom ik via een zigzag-route in Peize bij een cafeetje om weer op krachten te komen. Onder de rook van Peize foerageert een Ooievaar op grasland.

Ooievaar, Peize, 7 juli 2023

Na de afrekening van mijn consumptie ga ik via de Zuiderdijk en de Drentsedijk terug naar de parkeerplaats. De belangrijkste reden daarvoor is de gelegenheid die het me geeft mijn telefoonbatterij op te laden in de auto. Die loopt op zijn laatste benen.

Tot dusver ben ik er nog niet in geslaagd Paapjes te zien. Ondertussen komt er een vrouw aanfietsen. Ik ben haar eerder op de dag ook tegengekomen bij het bruggetje over het Eelderdiep. Ze etaleerde daar al uitgebreid haar vogelkennis en toonde een verbluffende vaardigheid in het opmerken en identificeren van vogelgeluiden. Zij vertelt dat ze hier vlak in de buurt, even voorbij de uitkijktoren, nog Paapjes heeft gezien en gehoord. Nu hoort ze een Roodborsttapuit die ik even later ook zie en op de foto zet. Hoewel ik betere heb gemaakt krijg ik er toch de complimenten voor.

Roodborsttapuit, Onlanden, 7 juli 2023

Samen fietsen we naar de plek waar de Paapjes zitten. Maar hoewel ze een enkele maal claimt de roep van een Paapje te horen krijgen we ze toch niet te zien. Onverrichterzake rijden we verder naar het bruggetje over het Eelderdiep. Een andere vogelaar merkt een IJsvogel op die verderop langs een Rietkraag vliegt. Misschien de vogel die het vanochtend liet afweten.

Ik rijd nu het traject over de Madijk langs Eelderwolde in de tegengestelde richting. Vlak voor de parkeerplaats rijd ik toch nog even langs de uitkijktoren de Drentsedijk op. Nu is het raak. Ik zie een complete familie Paapjes, zelfs drie bij het beeld van een Paap.

Drie Paapjes bij het beeld van een Paap, Onlanden, 7 juli 2023

Opmerkelijk genoeg zit er ook een geringd exemplaar tussen.

Missie geslaagd. Met op de achtergrond dreunende bastonen afkomstig uit het kilometers verder gelegen Stadspark waar de band Rammstein met zijn omstreden frontman optreedt kan ik weer tevreden huiswaarts rijden


Rondje Midden-Drenthe

Voor ik over enkele dagen naar mijn zomerverblijf op Terschelling afreis dringt de tijd als ik nog een staartje van het broedseizoen in het Dwingelderveld wil meepikken. Aangekomen bij de dichtstbijzijnde toegang, Natuurpoort Spier vlak langs de A28, postvat het idee om niet de gebruikelijke route via het Commissaris Cramerpad te volgen. Ik blijf aan de kant van de parkeerplaats en volg daar het fietspad het bos in.

Dwingelderveld, 11 juli 2023

Op basis van de plattegronden bij de fietsknooppunten kies ik stapsgewijs mijn route. Ik zie op de kaart zie dat het ruim 10 km noordelijker gelegen Diependal binnen de actieradius van mijn fietstochten ligt. Mede gezien de uitstekende weersomstandigheden kan ik de verleiding niet weerstaan daar eerst naartoe te rijden. Ik fiets door een boerenlandschap met vrije uitloopkoeien en kom pas in de buurt van Oranje op bekend terrein. Daar houd ik middagpauze bij de vogelkijkhut in het Diependal. Een mooie plek om op adem te komen en mijn proviand aan te spreken. Nadat twee jongens die vanuit Assen hierheen zijn gefietst om vogels te kijken kort na mijn aankomst weer vertrekken ben ik de enige bezoeker. Al komt één van hen niet lang daarna nog even terug: hij heeft zijn telefoon laten liggen….
Rond de hut is ook weinig vertier, maar dat ligt ook wel voor de hand zo rond het middaguur op een hete zomerdag. Een paartje Kraanvogels vormt de opvallendste bezienswaardigheid.

Kraanvogels, Diependal, 11 juli 2023

Ik rijd terug langs de Smildervaart naar Hoogersmilde en passeer de televisietoren.

Hoogersmilde, 11 juli 2023

Kort daarna sla ik af naar een fietspad door een natuurterrein nabij een zandafgraving. Een wegwijzer vermeldt het Blauwe Meer als één van de bestemmingen in deze richting. Het lijkt me een passende naam voor deze omheinde zandwinplas. Op een plattegrond zie ik later echter dat het de Achterste Plas is die ik fotografeer. Het Blauwe Meer ligt iets verderop in het bos. Die plas is toegankelijk voor recreanten.

Vanuit genoemd bos sluit het fietspad aan op ook voor autoverkeer toegankelijke wegen. Grappig genoeg vraagt een automobilist mij daar naar het Blauwe Meer en kan ik hem dus geruststellen dat hij in de buurt is.

Om terug bij het Dwingelderveld te komen verlaat ik mij weer op de aanduidingen bij de fietsknooppunten. In Lhee zie ik een terrasje, Daar pauzeer ik voor de tweede maal onder het genot van een consumptie. Zo krijg ik weer energie om nog een rondje over het Dwingelderveld te rijden.

Ik onderbreek de rit bij de vogelkijkhut aan de rand van de Davidsplassen, maar die had ik even goed links kunnen laten liggen. Zelfs nestelende Boerenzwaluwen ontbreken er deze keer.

Nabij het Smitsveen zag ik vorig jaar Grauwe Klauwieren. Ik zet opnieuw mijn fiets aan de kant en loop in die richting. Weer heb ik succes. Een vrouwtje Grauwe Klauwier.

Grauwe Klauwier (♀︎), Dwingelderveld Smitsveen, 11 juli 2023

Dan ga ik verder via het fietspad over de oude Hoogeveensedijk naar de Kraloërweg. In een struik links van mij zitten twee juveniele Grauwe Klauwieren.

De geschubde structuur op hun mantel en een vergelijkbare tekening op de schedel onderscheidt ze van het volwassen vrouwtjes dat aan de andere kant van het fietspad zit.

Grauwe Klauwier (🚺), Dwingelderveld 11 juli 2023

Op de foto’s is het verschil duidelijk te zien. Bij moeder ontbreekt de tekening op de bovenzijde.

Nadat ik ter plaatse nog een Geelgors fotografeer vind ik het welletjes. Terug bij de auto zie ik dat ik ruim 65 kilometer op de fiets heb afgelegd.

Geelgors, Dwingelderveld, 11 juli 2023