Observatiehut Diependal

Nadat een vogelliefhebber mij vorig jaar wees op zijn favoriete kijkhut in het Diependal bij Oranje (Drenthe) is dit bouwwerk ook voor mij een geliefde plek om vogels van dichtbij te observeren en te fotograferen geworden. In eerdere stukjes op mijn blog stak ik al de loftrompet over het uitzicht en de diverse vogelsoorten die van daaruit zijn te bewonderen. Meestal tref ik er gelijkgestemde vogelaars aan die volop bereid zijn tot het uitwisselen van ervaringen. Dat is dan weer een stimulans om voor mij onontdekte gebieden op te zoeken. In mijn niet te stillen honger volop te profiteren van de laatste stuiptrekkingen van het vogelvoorjaar besteed ik in de weken tussen Oerol en het begin van mijn zomervakantie op Terschelling nog zoveel mogelijk tijd aan fietsen, wandelen en vogels kijken in Drenthe en Groningen . Dat brengt mij in deze periode nog twee keer bij de observatiehut in het Diependal. Nog steeds heb ik de stille hoop, nog voor ze massaal zijn vertrokken, daar een Koekoek te fotograferen. Een jaar geleden 👈 waren op het moment dat er één voor korte tijd op een kale boomstronk neerstreek de lichtomstandigheden ongunstig.

Geen Koekoek, maar wel een verrassing

Als ik op 21 juni rond het middaguur in de hut aankom vertelt een daar aanwezige vrouwelijke (hun aantal groeit) vogelaar dat er tot dusver niet veel te zien is, al wijst ze me wel op een Buizerd die al een tijd vanuit een boom de omgeving afspeurt en heeft ze die ochtend Wielewalen op het Hijkerveld gezien. Aangezien zittende Buizerds op mijn nadering vrijwel altijd meteen het luchtruim kiezen ben ik allang blij dat deze mij volop de gelegenheid geeft plaatjes te schieten.

Buizerd, Diependal 21 juni 2022

Boerenzwaluwen die af- en aanvliegen om hun kroost in de in de nok van het dak gemetselde nesten te voeren zorgen nog voor het meeste vertier. Eéntje zit mij vanaf een plateau halverwege de wenteltrap nieuwsgierig aan te kijken.

Ik zie een Grasmus in een struik zitten en hoop net als bij mijn vorige bezoek nog op een Blauwborst voor de lens, maar die heeft vermoedelijk wel wat anders aan zijn hoofd.

Grasmus, Diependal, 21 juni 2022

Dan zie ik plotseling een blauwe schicht laag over het water scheren. “Volgens mij vloog er een IJsvogel langs”, zeg ik tegen de vrouw die aan de andere kant van de hut naar buiten kijkt. De vogel gaat even op een tak boven het water zitten, maar is alweer vertrokken voor ik goed en wel een foto kan maken. Gelukkig ziet mijn medeobservator door een ander kijkgat dat de IJsvogel opnieuw een stekje boven het water heeft opgezocht en krijgen we alle tijd opnamen van hem te maken, zij het zonder visjes in de snavel.

IJsvogel, Diependal, 21 juni 2022

Aan de volledig donkere snavel is te zien dat het een ijsvogelmannetje is. De onderkant van de snavel is bij het vrouwtje (gedeeltelijk) oranje.

Een vogelaar die vanuit Groningen korte tijd later binnenkomt mist deze IJsvogel, maar vertelt over plekjes waar hij ze wel vaker ziet. Met hem spreek ik over de Onlanden bij de stad Groningen. Hij inventariseert het gebied onder andere op broedvogels. Net als de Onnerpolder hebben Witwangsterns dat gebied ook gekoloniseerd. Bij mij rijst het plan daar later deze week ook eens een kijkje te nemen.

Op de terugweg naar de auto word ik nog vergezeld door een Gele Kwikstaart die mij vanuit het opgroeiende mais uitnodigt ook op hem de camera te richten.

Opnieuw een verrassing

Het is 30 juni als ik, nu iets vroeger op de dag, opnieuw naar het Diependal rijd. In de observatiehut tref ik twee vogelaars die al de hele ochtend in hoofdzaak de begroeiing rondom afspeuren naar Putters en ander klein spul dat tussen het gebladerte voedsel zoekt. IJsvogels hebben ze nog niet gesignaleerd. Wel kan ik ze helpen met het determineren van een (vermoedelijk jonge) Rietzanger die één van hen heeft gefotografeerd. De duidelijke roomgele wenkbrauwstreep is meestal een goed kenmerk.

Zelf krijg ik vrijwel meteen Putters in beeld. Er vliegen ook enkele juveniele vogels rond. Ze missen nog het felrode masker van hun ouders maar hebben wel de karakteristieke gele vleugeltekening.

Ik kan beide heren ook nog leren hoe je kunt zien of de oudervogel de vader of de moeder is. Dat hoef ik mijn trouwe volgers natuurlijk niet uit de doeken te doen omdat ik dat hier 👈 al eerder heb uitgelegd.

Een paar jonge kwikstaarten scharrelen rond het gebouwtje. Een Gele Kwikstaart vliegt van tak naar tak, een Witte Kwikstaart landt op het dak van een niet vrij toegankelijke uitbouw. Hier bevindt zich de fotohut vanwaar je vlak boven de waterspiegel uitzicht hebt op een deel van het Diependal. Toegang is te boeken voor maximaal twee personen per dag via het Drents Landschap👈.

Juveniele Witte Kwikstaart vs. Gele Kwikstaart, Diependal, 30 juni 2022

Een echtpaar dat in Drenthe hun vakantie doorbrengt onderbreekt bij de observatiehut een fietstocht om een blik over het Diependal te werpen. Ze merken in de verte een aantal Lepelaars op.

Terwijl de vogelaars van het eerste uur hun spullen weer inpakken wordt hun plek ingenomen door een nieuwkomer. Al snel wordt het mij duidelijk dat hij hier frequent komt fotograferen en behalve vogels ook regelmatig ander wild in beeld krijgt. Hij vertelt dat zijn huis vol hangt met opnamen die hij in de loop der tijd heeft gemaakt en daar ook fotoboeken mee samenstelt. Voor die laatste activiteit maakt hij nog wat reclame voor de firma CEWE.

Ondertussen scannen we de omgeving en zien her en der rimpelingen op het verder gladde wateroppervlak. Dan ziet hij plotseling de bron van deze golfjes verschijnen. Er zwemt een langwerpig amfibie dat ons voldoende tijd gunt om foto’s nemen. Ik maak van één van de opnamen een uitsnede en stuur die op naar waarneming.nl👈. Met geen spoor van twijfel wordt het dier als “Ringslang” gedetermineerd.

Voor ons beiden is dit een primeur die meteen onze dag geslaagd maakt.

Mijn melding op internet (normaal geef ik waarnemingen pas thuis door) lokt een paar jongens uit Groningen eveneens naar deze plek. De één, in het bezit van een kijker en fotoapparatuur, heeft meteen de ander, met beschikking over een auto, gecharterd nadat ze op waarneming.nl mijn foto’s zagen.

In de paar uur die aan hun komst voorafgaat, blijft het onrustig op en onder het wateroppervlak, maar laat geen Ringslang zich meer zien. Of hun missie uiteindelijk ook slaagt is mij dan ook niet bekend.

Het was me bij eerdere bezoeken niet opgevallen, maar in de hut blijkt een logboek te liggen om waarnemingen te noteren. Daarin heb ik vanzelfsprekend deze Ringslang gerapporteerd.

Niet lang nadat de Ringslang uit het zicht verdwenen is zie ik tussen de begroeiing aan de oever een steltlopertje. Ik vermoed een Witgatje, waarna inzoomen mijn gelijk bevestigt.

De permanente aanwezigheid van een paartje Wilde Zwanen en broedende Roodhalsfuten vormen eveneens een “claim to fame” voor het Diependal. Tussen allerlei eenden is het meestal even zoeken naar een Roodhalsfuut. Voor mijn apparatuur is de afstand voor een mooie foto hier in de regel te groot. Dat lukte in februari in de haven van Lauwersoog beter.

De Wilde Zwanen komen deze ochtend wel een paar keer langs en vliegen zelfs een keer laag over de observatiehut. In tegenstelling tot de veel algemenere zwijgzame Knobbelzwaan laten Wilde Zwanen tijdens de vlucht dikwijls een trompetterende roep horen.

Tegen de tijd dat ik het welletjes vind verschijnt alsnog een Grote Zilverreiger die verschillende houdingen demonstreert bij het poetsen van zijn veren.

Waarna een Blauwe Reiger hem aflost en laat zien dat hij de kunst om toilet te maken eveneens beheerst.

Een avondbezoek

Terwijl ik over mijn ervaringen bij de observatiehut schrijf vraag ik mij af hoe de situatie daar aan het einde van de dag in augustus is. Op Terschelling zag ik dat de vogeltrek van steltlopers al flink op gang begint te komen. Daarover in een volgende aflevering. Wellicht is dit ook in het Diependal zichtbaar. Dus rijd ik op 9 augustus opnieuw naar Oranje met de fietsdrager op de trekhaak van de auto. Omdat ik al een paar weken een pijnlijke knie heb en de auto niet vlakbij de toegang naar de observatiehut mag komen neem ik de fiets mee voor het laatste stuk.

Bij de parkeerplek aangekomen zie ik er nog twee auto’s staan. Kennelijk ben ik niet de enige die op het idee is gekomen op dit tijdstip naar de observatiehut te gaan. Voor ik op de fiets stap neem nog foto’s van de beide informatieborden.

Informatiebord bij de toegangsweg
Informatie over de vogelkijkhut

Aangekomen bij de toegang tot de 162 meter lange tunnel blijkt uit het aantal her en der gestalde fietsen dat de observatiehut ook vanavond een trekpleister is. Halverwege de tunnel kom ik twee dames, waarvan één achter een rollator, tegen. Dat verwondert mij wat omdat de observatieruimte alleen via een wenteltrap bereikbaar is. Terwijl ik het stel doorgang verleen vraag ik:

“Hebben jullie nog leuke dingen gezien of kan ik maar beter rechtsomkeer maken?”

“Zeker,”, antwoordt één van hen, “IJsvogels!”

“Dan, ga ik zeker verder!”, waarna we na een afscheidsgroet onze weg vervolgen.

In de observatieruimte tref ik een gemêleerd gezelschap aan. Vrouwen, mannen en aan het logo op hun kleding te zien enkele medewerkers van het Drentse Landschap. Gelukkig is er vanwege de rondom aangebrachte kijkgleuven op de bankjes ervoor voldoende plek om naar buiten te kijken. Mijn blik dwaalt meteen af naar de “duikplank” boven het water waar ruim 7 weken geleden mijn IJsvogel zat. Het is meteen raak. Het vogeltje wisselt perioden waarin hij op de uitkijk zit af met korte duikvluchten naar het wateroppervlak. Regelmatig heeft hij succes. Op sommige foto’s is te zien dat ook Libellen niet worden versmaad. Beschenen door de avondzon is het een fantastisch schouwspel.

Ook lukt het me een paar keer wat beelden tijdens een duikvlucht te schieten.

Soms kiest de IJsvogel een andere uitvalsbasis

IJsvogel, Diependal, 9 augustus 2022

om daarna weer terug naar zijn oorspronkelijke stek vliegen.

Aan de andere kant hebben we zicht op het natte deel waar talrijke watervogels en steltlopers foerageren. Eén van de Wilde Zwanen die het Diependal als min of meer vaste verblijfplaats gebruiken geeft ook weer acte de présence .

Dichterbij zit aan de rand van de plas half verscholen een Watersnip.

De betrekkelijke rust in de hut wordt kort verstoord door twee opgeschoten jongens die niet de indruk maken er voor de natuurbeleving komen. Ze worden tot rust gemaand maar zijn ook weer snel vertrokken.

Enkele andere nieuwelingen zijn wel oprecht geïnteresseerd getuige de kijkers, telescoop en camera’s die ze bij zich hebben. Zo blijft het toch een gezellige drukte.
Het lukt mij nog een keer de IJsvogel in actie fotograferen.

Eén van de medewerkers van het Drentse Landschap heeft mijn enthousiasme voor de IJsvogel opgemerkt en tipt mij naar de fotohut te gaan. Die is vanavond niet afgesloten. Dat laat ik me niet tweemaal zeggen.

In de hut staan voor twee gecamoufleerde vensters evenzo veel riante zitplaatsen. Naast mij komt een vrouw zitten die eveneens getipt is en ook in de observatieruimte de IJsvogel als voornaamste object voor het fotograferen had. In het camouflagenet aan haar kant is een gat uitgeknipt om de lens door te steken. Bij mij ontbreekt dat zodat ik het net iets aan de onderkant moet oplichten voor een vrij uitzicht. De IJsvogel zit gelukkig weer op zijn stek.

IJsvogel, Diependal 9 augustus 2022, gefotografeerd vanuit de fotohut

Voor details is het mooi zo’n klein vogeltje van dichtbij vanuit een laag standpunt te kunnen fotograferen. Je moet hierbij wel een portie geluk hebben vanwege het beperkte gezichtsveld. Behalve de IJsvogel zie ik alleen nog een Blauwe Reiger in de verte. In de zijwanden bevinden zich nog wel een paar luikjes waardoor je uitzicht kunt krijgen op het riet links en rechts. Wellicht interessant om zo in de broedtijd rietvogels van dichtbij te observeren.

Toeval of niet, maar tijdens het schrijven van dit stuk lees ik in de Volkskrant van vandaag een verhaal👈 over een ijsvogelgek echtpaar dat een fotohut beheert specifiek gericht op broedende IJsvogels.

Als ik terugkeer in de observatieruimte fluistert de tipgever van de fotohut mij toe dat er een Vos loopt en wijst daarbij door het kijkgat voor hem naar het pad dat daar ligt. Het duurt even voor ik het dier door mijn kijker in beeld krijg. De Vos is zich duidelijk niet bewust van alle op hem gerichte ogen. Door de laagstaande zon loopt het beestje wisselend over schaduwrijke en felverlichte plekken. Vooral het kleine formaat van het diertje vind ik opmerkelijk, maar de donsharen in zijn vacht zijn een aanwijzing dat het een welp is.

Vos, Diependal, 9 augustus 2022

Op de laatste foto is te zien dat het vosje een wond aan zijn rechter achterpoot heeft. Tijdens het lopen viel het al op dat hij mank liep.

Aan de andere kant van de hut waar een paar uur eerder de Watersnip te zien was laat zich ook af en toe een IJsvogel zien. Aanvankelijk te ver en te vaak in de begroeiing voor een foto. Maar nu zie ik haar dichterbij zitten.

Ik schrijf haar, want het is het ijsvogelvrouwtje. Ze vliegt even later naar de plas waar het mannetje eerder steeds zat.

Daar zijn de uitvalsbases waar de vensters in de fotohut op uitkijken. Daarom waag ik het er op daar nog een keer te kijken. Maar zodra ik op één van de stoelen ga zitten vliegt de vogel weg. Ik wacht nog een minuut of twintig tevergeefs en ga dan maar weer naar boven.

Nu is er een Reebok te zien die zich onbespied waant.

In het avondlicht staat ook een groep Lepelaars in ondiep water te dutten.

Lepelaars, Diependal, 9 augustus 2022

Met één van de Drentse Landschap medewerkers richt ik mijn aandacht op een tweetal Bosruiters vlakbij de Lepelaars. Ik vind het moeilijk die op deze afstand te onderscheiden van Witgatjes, maar hij is zeker van zijn zaak.

Een vrouw meent dat iets verderop een eenzame Fuut op het water dobbert. Het kan ook een Roodhalsfuut zijn. Ik probeer door de kijker uitsluitsel te geven, maar het is lastig vanwege de op handen zijnde zonsondergang.

Op dat moment slaat de stemming om…

Een vervelende gebeurtenis

Iemand komt melden dat er problemen zijn met de fietsen die bij de toegang naar de observatiehut zijn neergezet. Ik hoor iets over buitenlanders in een auto die tot bij het hek zijn gereden en een fiets die vernield is. We pakken onze spullen bij elkaar en haasten ons in colonne naar de uitgang.

Inderdaad staat er een personenauto maar de inzittenden lijken niks te maken hebben met het beschadigde achterwiel van de elektrische fiets van één van ons. Ik zie mijn fiets op het oog intact, de fietstassen zitten er nog op. Als ik door het gras met de fiets in de hand naar het pad loop ontdek ik dat de voorband leeg is. Het ventiel is losgeschroefd, het afsluitdopje onvindbaar. Ik bedenk dat er een onopvallend fietspompje dat ik nog nooit gebruikt heb aan mijn fiets zit. Terwijl ik het losmaak en probeer uit te zoeken hoe het werkt komen al een paar anderen met een pompje om mijn band op te pompen. Gelukkig is mijn band niet lek.

Anders ligt het met de eigenaar van de elektrische fiets. Hij komt uit Hoogersmilde en ziet zich al met de fiets aan de hand teruglopen naar zijn woonplaats. Omdat ik de fietsdrager op de auto heb bied ik aan hiernaartoe terug te rijden en hem met zijn fiets naar huis te brengen. Dat blijkt echter niet nodig omdat een andere bezoeker van de vogelhut al onderweg is zijn auto met fietsdrager op te halen.

Het blijft speculeren over de daders van dit ongerief. Mijn tipgever vertelt nog wel dat hij de beide kwajongens die eerder op de avond de rust verstoorden had weggestuurd en vermanend toegesproken toen ze in de tunnel zaten te roken. Maar bij gebrek aan bewijs, er hangen geen camera’s bij de ingang, gaan ook zij vrijuit. Hoewel de gekregen berisping in hun ogen een motief kan zijn.

Achteraf ontdek ik nog dat de bandenplakset uit mijn fietstas is verdwenen. Maar die schade is te overzien. Na de onderhoudsbeurt van mijn fiets die ik deze week heb laten uitvoeren ziet deze er weer pico bello uit.

Eind goed al goed.

8 gedachten over “Observatiehut Diependal

  1. Jaren geleden ben ik eens in die hut geweest, echt al lang geleden. Wat zie je daar veel zeg en die ijsvogel, super. Mooi verslag van de hut met voor mij de ringslang als kers op de taart. Die zou ik ook weleens willen zien. Jammer van die vandalen, dat maakt de dag toch minder goed.

    1. Het is altijd afwachten wat je tegenkomt, maar dat maakt vogelen ook zo leuk! Inderdaad jammer van de afloop. Zo zinloos. Maar bij mij blijven de leuke momenten wel hangen.

  2. Je hebt je de laatste tijd duidelijk weer goed weten te vermaken met prachtige verrassingen en diverse mooie foto’s. Vooral je laatste serie van de ijsvogel, waar hij prachtig tegen de blauwe lucht afgetekend staat, is erg mooi geworden. Ook de ontmoeting en de foto’s van de ringslang zijn om door een ringetje te halen.

    Jammer dat het dan terug bij de fietsen zo moet aflopen. Zo zinloos dat soort dingen!

      1. Vergat ik nog te vertellen, maar ik kende de hut al van verhalen en foto’s van mijn fotomaatje. Jammer genoeg ligt hij buiten mijn bereik. Maar ik geniet er niet minder om van andermans foto’s.

      2. Ik zag inderdaad op Jetske’s blog dat zij er ook een keer is geweest en een foto in de tunnel heeft gemaakt. Inderdaad jammer dat het buiten je bereik ligt.

  3. Mooi die ijsvogels en nog veel meer! Ringslangen zagen we vaak zwemmen op camping de Kluft in de Weerribben, maar dat is lang geleden. Wij hadden daar een seizoenplaats.

    1. Zoals ik schreef was het voor het eerst dat ik er één zag en daarmee meteen leerde dat het goede zwemmers zijn. In het vervolg zal ik zo’n dier sneller herkennen. Een camping in de Weerribben is natuurlijk een mooie uitvalsbasis om de fauna daar te zien!

Geef een reactie